Bussums Historisch Tijdschrift jaargang 30 nummer 3 (december 2014) pag. 4-5
Verslag in de Gooi- en Eemlander van de opening op 21 april 1914 van de Openbare Leeszaal en Bibliotheek Naarden-Bussum
Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.
BUSSUM
In tegenwoordigheid van de burgemeesters dezer gemeente en Naarden, Mr. s’ Jacob en H.M. Wesseling, en de wethouders Mr. Moolenburgh, Van Norren en Van Eijcken Niekerk, benevens verscheidene raadsleden van beide gemeenten en bestuursleden van verschillende vereenigingen alsmede tal van genoodigden, had gisteravond de officieele opening plaats van “de Openbare Leeszaal en Bibliotheek Naarden-Bussum” aan de Generaal de la Reijlaan alhier.
De nieuwe voorzitter, de heer P.J. Dudok van Heel, heette allen hartelijk welkom en vestigde daarna de aandacht er op, dat men de genoodigden gaarne met vlaggentooi had ontvangen, doch dit was thans niet mogelijk, daar de vereeniging in rouw gedompeld werd door het plotseling overlijden van den onvergetelijken voorzitter Mr. Zwaardemaker. De geschiedenis van de oprichting dezer leeszaal wenschte spr. niet breedvoerig te vertellen, daar die reeds herhaaldelijk in de couranten heeft gestaan, doch wanneer men die eerste tijden aandachtig nagaat, kan niet anders gezegd worden dan dat Mr. Zwaardemaker de voortstuwende kracht is geweest. Daarom heeft het bestuur thans als een stille hulde het portret van wijlen Mr. Zwaardemaker in de vestibule gehangen. Er is reeds veel gedaan, maar er blijft nog veel te doen en daarvoor vroeg spr. nu aller hulp. Hierna wijdde hij enkele woorden van dank aan de vennootschap die de vereeniging in staat heeft gesteld dit gerieflijk ingerichte en mooie gebouw te betreden, aan de raadsleden van Bussum en Naarden, die de subsidie toestonden, waardoor het mogelijk was dit gebouw aldus in te richten, aan den architect en den aannemer, die dit werk hebben geleverd, aan den heer Mr. Hingst en Mej. Gebhard, die de vereeniging steeds met raad en daad ter zijde stonden en ten slotte aan allen, die hulp verleenden hetzij met geld, hetzij anderszins. Vervolgens uitte spr. de hoop dat ieder in deze zaal datgene zou vinden wat hem verder kon brengen in dit leven, dan zou de leeszaal aan haar doel beantwoorden. Hierna opende spr. de openbare leeszaal Naarden Bussum.
Als nu nam de burgemeester dezer gemeente, Mr. s’ Jacob, het woord. Gaarne wenschte deze op dezen gedenkwaardigen avond namens het gemeentebestuur van Bussum de vereeniging te complimenteeren met het werk dat tot stand werd gebracht. Ofschoon de geestelijke vader dezer vereeniging, Mr. Zwaardemaker, reeds met enkele woorden door den voorzitter in diens openingsrede was herdacht, wilde spr. toch nog met een kort woord in herinnering brengen, dat Mr. Zwaardemaker de ziel van deze inrichting is geweest; deze leeszaal is een kind, dat geboren werd na den dood zijns vaders; des te grooter is nu de plicht om meer zorg aan dit kind te besteden; spr.is echter overtuigd dat die zorg zal gegeven worden.
Verder wilde spr. zich op dit doopfeest beschouwen als een peet over deze jeugdige vereeniging en mede zijne zorgen daaraan wijden. Spr. eindigde met de hoop te uiten, dat deze zaal voor Bussum van blijvend nut zal zijn en zij lang moge strekken tot bloei en sieraad van deze gemeente.
Vervolgens werd aan de genoodigden thee gepresenteerd, onder welk bedrijf de voorzitter mededeelde dat een telegram was ingekomen van Mr. Hingst, voorzitter der Openbare Leeszaal te Hilversum, die berichtte, dat hij verhinderd was aan de uitnoodiging tot bijwoning dezer opening te voldoen en de hoop uitsprak dat de leeszaal aan de goede wenschen van den overleden voorzitter zou mogen beantwoorden en diens vertrouwen in het welslagen niet zou worden beschaamd. Hierna ging men over tot bezichtiging van het gebouw.
De geheele voorgevel heeft een breedte van 19 meter. Bij het binnentreden van het gebouw komt men in een vestibule van 4 bij 6 M. welke rechts toegang geeft tot de garderobe, links tot de gemakken. Rechtuit gaande bereikt men de uitleenhal, die ongeveer 6 bij 6 M.is en van boven een helder licht ontvangt. Rechts van de hal is de toegang tot de binderij, vanwaar de concierge-boekbinder J.B.Oosterhof toezicht op de garderobe kan uitoefenen; naast de binderij is de couranten- en tijdschriftenzaal, samen met de binderij 10 bij 6 M. Links van de uitleenhal vindt men de boekerij, eveneens 10 bij 6 M., terwijl men weer rechtuit gaande in de groote lees-en studiezaal komt, die 11 bij 10 M. is, en waar aan de linkerzijde een kamer voor de bibliothekaresse Mej.A.M.Hildebrandt, is gebouwd. Deze kamer is 4 bij 6 M. De geheele diepte van het gebouw bedraagt 23 meter. Vanaf de uitleentafel kunnen boekerij, leeszaal en courantenzaal overzien worden, daar deze zalen door glazen wanden van de hal gescheiden zijn. Wanneer het voornemen van het bestuur, den bezoekers vrijen toegang tot de boekerij te verschaffen, blijkt in de praktijk niet uitvoerbaar te zijn, kan de boekerij gemakkelijk door een schuifdeur gesloten worden, die tevens dienst moet doen, wanneer de boekerij des Zondags gesloten wordt.
Onder de binderij bevindt zich de kelder voor de centrale verwarming; de daarheen voerende trap mondt uit in de binderij. Links van de vestibule heeft men de trap naar boven. Alleen boven het voorgedeelte van het gebouw is een tweede verdieping gebouwd, waar 2 groote pakzolders zijn aangebracht, die voornamelijk als bergplaats voor boeken dienst zullen doen. Bovendien is daar ook een bestuurskamer.
Het gebouw is electrisch verlicht. Aan de achterzijde is een gelegenheid tot berging van fietsen getimmerd. De inrichting is gebouwd door den heer R. Steur onder architectuur der heeren Van der Goot en Kruisweg. Ten slotte zij nog vermeld, dat voldoende open grond rondom het gebouw een geschikte gelegenheid bood tot het aanleggen van een fraaien tuin, hetgeen gratis verricht werd door de Bussumsche Onderlinge Tuinbouwvereeniging en de Kweekersvereeniging Naarden-Bussum.
Kortom de geheele inrichting maakt een frisschen prettigen indruk, temeer nu de gloed van het nieuwe nog over het geheel ligt. Dit nieuwe gebouw kan met recht een sieraad voor de Gen. de la Reijlaan worden genoemd.