Contactblad Historische Kring Bussum, jaargang 12 nummer 1 (mei 1996), pag. 3-7
Sigarenspeciaalzaak C. Roks en Zn.
Ina de Beer
Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel
Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting
Het is geen man die niet roken kan. Dit herinnert mij aan een koperen wandbord waarin deze spreuk stond gegraveerd. Het bord hing in de huiskamer van mijn ouderlijk huis. Om meer te weten over aromatische geuren van sigaren vond ik de nu 44-jarige Hans Roks bereid hierover te vertellen en ook over zijn ouders en zijn eigen aandeel in de sigarenzaak.
Winkel aan de Havenstraat
Cornelis Roks, bij zijn vaste cliënten beter bekend als Kees, werd in Utrecht geboren op 13 mei 1903. Op 28 mei 193 1 trad hij in het huwelijk met de in Keulen geboren Anna Maria van Noorden. Zij werd geboren op 15 juli 1906. Door een samenloop van omstandigheden kwam Kees met grossier in rookwaren Van Woudenberg naar Bussum. Deze laatste had een zakelijke afspraak op het postkantoor aan de Havenstraat. Omdat de grossier wist dat Kees, maar vooral zijn vrouw, een sigarenzaak wilden beginnen liepen zij naar de overkant van het postkantoor. Daar had winkelier F. Dazert een schoenenzaak in luxe en Engelsch schoeisel aan de Havenstraat 13. Het was bekend dat hij het pand wilde verlaten. Kees realiseerde zich terdege dat een zaak openen geen gemakkelijke opgave zou zijn, want de crisis had de middenstand danig in haar greep. Toch zetten hij en zijn vrouw door. Na de zakelijke rompslomp afgehandeld te hebben werd uiteindelijk op 13 juli 1932 de sigarenzaak geopend. Omdat zijn vrouw achter de toonbank stond kon Kees zijn dienstverband met de NSF in Hilversum voortzetten. Op die manier konden zij redelijk in hun levensonderhoud voorzien.
(±1927): mevr. A.M. Roks-van Noorden |
Toch kwam daar verandering in. Want al in 1935 zag Kees zich genoodzaakt naar een ander winkelpand uit te zien. De reden hiervan was dat de huur werd verdubbeld. Ook het postkantoor aan de overkant ging verhuizen, naar de Poststraat. Het gevolg was dat de loop naar de sigarenzaak er uit ging. Bovendien werd omstreeks 1934 de banderol voor de tabaksaccijns ingevoerd, wat inhield dat er vastgestelde verkoopprijzen kwamen. Voor die tijd kon men stunten met de tabaksprijzen.
Er werd een ander winkelpand gevonden: Havenstraat 35. Omdat winkelier in piano's en orgels A.A. Geesthuysen naar de Landstraat verhuisde, openden Kees en zijn vrouw in dit pand een sigarenzaak. Daar werden hun vier kinderen geboren, waarvan nog drie in leven: één meisje en twee jongens, waaronder Hans. Hij zou later de zaak van zijn vader overnemen en voortzetten. In de loop der jaren kenmerkte de sigarenspeciaalzaak zich door de verkoop van voorname merken sigaren. Zo werden er sigaren verkocht van merken die bij velen een nostalgische herinnering en geur zullen oproepen: De Huifkar, Henri de Leeuw, White Ash, Carnegie, Staalkoning, Ritmeester, Bergman, Balmoral, Hoefnagels, Carels, Uiltje, Cadena en Claassen.
Hans herinnert zich een voorval dat zijn moeder hem ooit eens verteld heeft. Een nogal excentrieke man kwam wekelijks in de zaak om een doosje 'lichte' sigaren te kopen. Hans: "Omdat moeder niet exact begreep wat hij bedoelde wees de man naar sigaren die in de etalage lagen." Die hadden door het zonlicht een lichtere kleur gekregen. Maar de man gaf er de voorkeur aan juist die sigaren te willen roken. Mevrouw Roks was blij en een tevreden klant verliet de zaak.
Huiszoeking
Vóór en in het begin van de oorlog was Kees werkzaam bij de Wereldomroep als hoofdzenderbouwer bij de NSF-Phohi in Hilversum en Huizen. Daarom beschikte hij over een 'Ausweiss'. Toch zag hij zich genoodzaakt onder te duiken. Een heel moeilijke periode, want inmiddels waren rookwaren steeds schaarser geworden waardoor er praktisch geen inkomen was om het gezin te onderhouden. Gelukkig kon hij over wat geld beschikken door mensen van de Wereldomroep die hem gunstig gezind waren. Voor zijn eigen veiligheid had hij in de zaak een schuilplaats gemaakt. Achter een houten wand was een lege ruimte waar hij zich staande schuil kon houden. Toen het gerucht de ronde deed dat er een razzia plaats zou vinden, zocht hij dan ook zijn schuilplaats op. Twee Duitse soldaten kwamen huiszoeking doen, zowel in de zaak als in het woongedeelte. Met ingehouden adem kon hij de soldaten horen praten. Opgelucht kwam hij te voorschijn toen de kust weer veilig was.
Houtwol
Bonnen |
Omdat tabakswaren ook op de bon waren en bovendien steeds schaarser werden, stonden mensen buiten in een lange rij op hun beurt te wachten. Eenmaal binnen konden zij tegen inlevering van een bon en betaling hun rantsoen in ontvangst nemen. Een kolenboer die als vaste klant wekelijks, sigaren kocht, was al gauw door zijn rantsoen heen. Uit pure hunkering naar tabak rookte hij een pijp gevuld met ... houtwol. Hij kwam met een voorstel: hij zou het gezin Roks een mud kolen kunnen leveren mits Kees er voor zorgde dat hij een doosje sigaren kreeg. Vóór de oorlog kostte een doosje Uiltje sigaren f 0,60 per tien stuks. Met veel moeite wist Kees elders zo'n doosje op de kop te tikken. Maar dan wel voor het enorme bedrag van f 240,00. De kolenboer was dik tevreden en het gezin Roks kon voor een korte periode het huis weer warm stoken en op het noodkacheltje rogge in water bereiden. Ina de Beer: "Ik herinner mij dat mijn vader in de tuin tabaksplanten had waarvan de bladeren op zolder werden gefermenteerd."
Na de bevrijding voelde Kees het als zijn plicht mee te werken aan de wederopbouw van de Wereldomroep. Maar in 1948 zette hij er definitief een punt achter. Vanaf die tijd stond hij samen met zijn vrouw achter de toonbank. In dat jaar waren rookwaren nog steeds gerantsoeneerd, al kon de klant wel wat meer op de bon kopen. Krediet heeft Kees nooit verleend. Zijn stelregel was: als de klant nu geen geld heeft komt het de volgende maal twee keer zo hard aan.
Zoon Hans Roks
(±1958): vader Kees Roks en zoon Hans.
|
Johannes Leonardus Maria (Hans) Roks werd op 7 juli 1951 geboren. Na de Sint Aloysiusschool aan de Vossiuslaan 17 ging hij naar de Sint Vitusschool aan de Sint Vitusstraat. Met het behalen van zijn mulo-diploma hielp hij zijn vader tijdelijk in de winkel. Later zou biijken dat de daarmee opgedane ervaring hem goed van pas zou komen. Met succes behaalde hij daarna het tabaksdiploma. Maar Hans liep met heel andere plannen rond. Hij volgde een cursus Frans en Duits handelscorrespondentie. Omdat hij zijn toekomst in de horeca zag, beschikte hij bovendien over de daarvoor benodigde papieren.
Begin jaren zestig hielp Hans zijn vader in de zaak. Vooral als er een telefoontje kwam van het inmiddels gesloopte Sint Gerardus Majellaziekenhuis. Dan was er werk aan de winkel. Hans: "Begin december werden veel rookwaren besteld. Een kleine honderd kistjes sigaren moest ik helpen inpakken. In ieder kistje zaten 25 sigaren van het merk Carl Upmann. Een kistje kostte f 18,00 à f 20,00. Ook aan de verpleegsters werd gedacht: zij werden met de feestdagen verrast met sigaretten. De bestelling werd op de fiets bezorgd.
In 1969 kwam Hans bij zijn vader in vaste loondienst. Enige ervaring had hij immers al opgedaan. Bovenden had hij het vertrouwen van zijn vader gekregen die hem daarom een gedeeltelijke verantwoordmg gaf. Toen zijn vader serieus overwoog om de zo moeilijk opgebouwde sigarenspeciaalzaak te verkopen, was hij het daar niet mee eens en bleef in de zaak. Hans: 'De gezondheid van vader liet steeds meer te wensen over, hij was op de duur niet meer in staat achter de toonbank te staan." Omdat Hans over zijn tabaksdiploma beschikt, waagde hij de grote stap. En in 1979 werd hij officieel eigenaar van de zaak. Zijn moeder bleef nog voor een jaar behulpzaam om zich in 1980 definitief terug te trekken. Vader Comelis Roks overleed in Bussum op 12 juni 1984.
Tranen
(1996): Hans Roks in de sigarenspeciaalzaak
|
In 1990 vond een complete renovatie plaats. Het interieur bleef staan maar de voorraden werden tijdelijk verplaatst. Slechts één stoel bleef achter. Hans: "Moeder wilde tijdens de verbouwing nog één keer een kijkje nemen in de zaak waar zij met zo veel liefde achter de toonbank had gestaan."
Wat Hans hiervan het meest is bijgebleven is dat zijn moeder minutenlang op die stoel bleef zitten. Daarna stond zij op en met tranen in de ogen zei zij: "Zo zag het er hier nou uit in het laatste jaar van de oorlog."
Mevrouw A.M. Roks-van Noorden overleed in Bussum op 13 april 1993.
De sigarenspeciaalzaak kenmerkt zich vooral door de verkoop van uitsluitend rookwaren en rookgerei. Wat Hans vooral opvalt, is dat de laatste jaren steeds meer mensen van 25 jaar en ouder de voorkeur geven aan het roken van sigaartjes en pijptabak.
Hij was zeer verbaasd toen hij in 1995 in Amsterdam door de dames van Sigarengenootschap Salomé, een in 1990 opgericht gezelschap sigaren-rokende dames, werd uitgeroepen tot sigarenwinkelier van het jaar. En hij is dan ook zeer ingenomen met de plaquette die hij daarvoor in ontvangst mocht nemen.
En tevens ziet hij uit naar 10 mei 1996: dan wordt hij in Saint Claude, het centrum van de pijpenmakers in de Franse Jura, benoemd tot Maître Pipier in de confrérie.
Nog een heuglijke datum: op 13 juli 1996 bestaat de sigarenspeciaalzaak C. Roks en Zn. vierenzestig jaar.