Skip to main content

Contactblad Historische Kring Bussum, jaargang 12 nummer 1 (mei 1996), pag. 15-18


Feesten in Bussum

J.R. Bus-Degger

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel
Onderstaande illustratie is aanklikbaar voor een vergroting.

Voor een gerelateerd artikel, zie het volgende nummer: Contactblad Historische Kring Bussum, jaargang 12, nr. 2 (september 1996), pag. 52-53.

Naar aanleiding van de oproep in het vorige Contactblad om informatie over hoe in Bussum feest werd gevierd alsmede om gegevens over vermaak in de vorm van straatmuzikanten, de kermis en de viering van Koninginnedag, volgen hieronder de herinneringen van mevrouw J.R.. Bus-Degger.

Overigens stond in het artikel over aanspreker W. Majoor in het vorige Contactblad op bladzijde 75 Contactblad Historische Kring Bussum 11 (1996) 94-96 een passage over een traditionale vorm van vermaak: het haanknuppelen bij De Rozenboom. 

Koninginnedag

Ik ben in 1919 geboren in een van de woningen van Bouwvereniging Sint Joseph aan (toen) het einde van de Laarderweg. Achter deze woningen lagen de andere huizen van dezelfde bouwvereniging aan het Sint Josephpark, tegenwoordig heet het hier De Peppels en De Berken.

De koningin, Wilhelmina, was op 31 augustus jarig. Koninginnedag was vroeger een evenement. Het was de laatste dag van de grote vakantie en iedereen had op die dag vrij. Veel vrije dagen hadden de werkmensen niet, dus dit was op zich al een feest.

's Morgens om 9 uur werden de klokken geluid. Daarna gingen we met school naar het Wilhelminaplantsoen, waar schoolwedstrijden werden gehouden. Ik weet het niet zeker, maar ik denk dat alleen de hoogste klassen van de lagere scholen her aan meededen. Het waren eenvoudige wedstrijden en de prijsuitreiking was in het schoolgebouw aan het Wilhelminaplantsoen. (de latere Irenemavo). Het Wilhelminaplantsoen was toen nog een grasveld, eigenlijk meer een zandveld. Het was die dag met touwen rondom afgezet. Er kwamen heel veel mensen kijken. Tussen het publiek liepen speldjesverkopers. Deze mensen hadden een kussentje met daarop rood-wit-blauwe of oranje lintjes aan een kopspeld die zij verkochten voor een dubbeltje ten eigen bate. Een dubbeltje was toen veel geld en deen mensen die wilden laten zien dat zij in goeden doen waren, kochten zo'n speldje en pronkten ermee.

In onze buurt werd koninginnedag op bijzondere wijze gevierd. Weken daarvoor ging iemand de huizen langs om geld op te halen. Daar werd vuurwerk van gekocht. Enige dagen vóór koninginnedag timmerden enkele jongens in een van de gangen tussen de huizen van Laarderweg en Sint Josephpark een ereboog. Wij meisjes werden met een jute zak en een schaar naar de hei gestuurd om hei te plukken. De ereboog werd helemaal met hei opgetuigd en van een lijsterbes uit de buurt werden trossen oranje bessen geplukt en tussen de heide gestoken. Dat was een prachtig gezicht, die oranje bessen tussen de paarse hei.

Ieder jaar werd een klein meisje tot "koninginnetje" gekozen.. Er werd tevens een zeepkist op wielen versierd met hei en bessen en het koninginnetje kreeg een kroontje op. Zij mocht in de kar zitten en tegen de avond gingen we in optocht door de straten in de buurt. Veel kinderen liepen mee, ook kinderen uit andere straten. Ik kan me niet herinneren dat er vlaggen waren, maar we hadderi bijna allemaal een papieren feestmuts op. Meestal zelfgemaakt van
crêpepapier. En wat zongen we?

Oranje boven (2×)
Leve de Wilhelmien
Weg met alle socialen
Leve de Wilhelmien
Oranje boven (2×)

Sommigen zongen er tussendoor: Want dat zijn donderstralen. Ik kan me herinneren dat ook de kinderen van socialisten dit meezongen. Wisten wij wat we zongen! Na de optocht gingen we terug naar de gang met de ereboog. Van kistjes en planken waren zitplaatsen gemaakt en de kinderen kregen een kopje chocolademelk. Of we er een koekje bij kregen weet ik niet meer. Bij toerbeurt kookten de vrouwen uit die gang de chocolademelk. Daarna werd het vuurwerk afgestoken. Het was eenvoudig vuurwerk. Het mooiste en laatste was altijd het "zonnetje". Voor ons kinderen was alles een wonder. 's Avonds gingen alle gezinnen naar de Franse Kampheide. De gemeente stak hier om half tien vuurwerk af. Het vuurwerk stond opgesteld tegen de bossen van Bussum Bloei. Dus iedereen kon het goed zien. De hei was toen nog echt hei en men kon overal gaan zitten; het was zo schoon. Het was ook traditie dat er pinda's (apenootjes) in de dop mee werden genomen dm daar op de hei op te eten. Toen kocht je bij Albert Heijn in de Havenstraat 5 pond pinda's voor 25 cent. Het vuurwerk was voor ons een wonder. Het einde was altijd als het laatste vuurwerk de naam Wilhelmina vormde.

Na het vuurwerk gingen de gezinnen naar huis, de opgeschoten jeugd ging hossend en zingend naar het dorp. Zij gooiden elkaar met serpentines en ik herinner me dat veel jongens een Spaans rietje hadden. Dat was een bamboestokje met een houten knopje. Wij kinderen moesten thuis direkt naar bed, want de volgende dag begon het nieuwe schooljaar. Ik denk dat om 11 uur heel Bussum weer in rust was. 

     
 
straatmuzikanten omstreeks 1900.

Straatmuzikanten

Een vaste straatmuzikant in Bussum was natuurlijk Pluer met zijn orgel (zie voorblad). Iedere week kwam hij langs met het orgel en een paard ervoor. Pluer draaide het wiel en zijn dochter Marietje haalde geld op langs de huizen. Bijna iedereen gaf 1 cent. Wij kinderen probeerden als het orgel ging rijden er achterop te gaan zitten, maar Pluer joeg ons weg. Hij heeft later spijkers achterop gemaakt, zodat we niet meer mee konden rijden. Dan was er Peters met zijn accordeon. Hij ging bij de huizen achterom. Dit waren de vaste straatmuzikanten. Maar soms kwam er plotseling een vreemde. Ik herinner me de "Koperen Ko" en ook een man met een zingende zaag. Er kwam ook eens een open vrachtwagentje met een piano erop. De muzikanten waren vier Duitsers. Er was één pianist bij, maar ik weet niet meer wat de andere drie deden. Maar wij vonden het geweldig interessant. Een piano zagen wij niet zo vaak en een vreemde taal hoorden we ook nooit.

Mijn oudere zuster herinnert zich Johannes de Heer; ook op een open vrachtautootje met daarop een orgeltje. Hij ging dan op de hoek van de Bijlstraat zijn zelfgemaakte christelijke liederen staan zingen. Veel katholieken vonden het maar niks, maar mijn moeder ging altijd luisteren.

Eens heb ik een man, geen muzikant, met een dansende beer gezien in het Sint Josephpark. Ook herinner ik me dat er een man met een aapje op het schoolplein van de Hendnkaschool aan de Mariastraat kwam. 

Kermis

Kermis was er nooit in Bussum. Iedereen ging naar Laren. Een week na Sint Jan gingen we weer naar Laren voor de Kermis. Verder kwamen we daar het hele jaar niet meer. Iedereen ging lopend of met de fiets over de hei. Ik herinner me dat dan de kamperfoelie bloeide en het zo lekker rook als we naar huis fietsten. 

Bibliotheken

Naast de rooms-katholieke en de openbare bibliotheek waren er m Bussum verschillende particuliere bibliotheken. Wij woonden aan de Laarderweg en wij leenden soms boeken bij boekhandel Bos op Laarderweg 35. Wij waren thuis met zes meisjes en er werd 's avonds veel genaaid en gebreid. Dikwijls werd er dan door een van ons voorgelezen. Ik herinner mij de boeken van Gulbrandsen, Selma Lagerhof, Brontë en toch ook Cissy van Marxveldt. Ik was 18 jaar en wilde bij de r.k. bibliotheek het boek "Gejaagd door de wind" lenen, maar ik moest eerst aan mijn biechtvader toestemming vragen en die kreeg ik niet.
Krankzinnig hoor!