Skip to main content

Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 31 nummer 3 (december 2015). pag. 12-15


De familie Bensdorp

Chris Leenders

De heer G.B. Bensdorp,  de oprichter van het bedrijf, 1840

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
De illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

     
Louis Bensdorp
 

In 1502 maakte Columbus tijdens zijn vierde Amerikaanse reis kennis met de cacaobonen, maar hij besefte toen nog niet wat de waarde van het ‘bruine goud’ was. Pas achttien jaar later bracht de Spaanse conquistador Hernando Cortez het nieuws van de mysterieuze cacaobonen naar Europa.Cortez en zijn mannen dronken voor het eerst ‘cacaua-tl’ aan het hof van de Aztekenkeizer Montezuma. Cortez vond er niets aan, maar een slimme Spaanse kok voegde er rietsuiker aan toe, waardoor het een ware godendrank werd. De hofdames van Karel V smulden ervan en de cacao veroverde Europa stormenderhand. Chocolademelk werd als een liefdeselixer beschouwd. Toen Gerárd Bensdorp in 1840 zijn eerste ‘fabriekje van chocolaad’ in Amsterdam begon, waren er in heel Europa al publicaties verschenen over de wonderen van de cacaobonen. In 1884 kwam Bensdorp naar Bussum omdat men in Amsterdam niet meer kon uitbreiden. Uiteindelijk werd in 1926 om economische redenen het hele bedrijf in Bussum geconcentreerd. 

Van Amsterdam naar Bussum

Het geslacht Bensdorp gaat terug tot het begin van de achttiende eeuw. Ze verhuizen al snel van het platteland van Zuid-Holland naar Amsterdam. Daar oefenen de eerste ‘Bensdorpen’ het beroep van scheepstimmerman uit. Gerrit Bensdorp (geboren 1728) brengt hier verandering in. Hij is ‘broodweger’ en later broodbakker. Zijn zoon Gerardus Nicolaas (1789-1824) is ook broodbakker. Uit zijn huwelijk met Agnes Sinkel worden negen zoons geboren, van wie er slechts drie in leven blijven. Twee daarvan staan aan de wieg van het latere Bensdorp-concern, namelijk Gerardus Bernardus (1812) en Henricus Gerardus (1815). De twee broers beginnen eind 1840 aan de Kerkstraat 184 in Amsterdam een fabriekje met de specialiteit van die dagen, ‘Italiaansche Chocolaad’. De zaak wordt getrokken door Gerardus Bernardus. Hij werkt in de (bakkers)zaak van zijn vader, maar is zeer ondernemend en ziet zijn toekomst in de chocolade- en suikerverwerking. Al op zijn twintigste trekt hij Europa in om zich daarin te bekwamen en de nodige ervaring op te doen. Hij verblijft achtereenvolgens in Brussel, Parijs, Milaan, Rome, Napels, München en Wenen en keert uiteindelijk in 1840 naar Amsterdam terug als volleerd confiseur en chocolatier.

             
 
Louis François Bensdorp
 
François Theodore Bensdorp

In augustus 1843 trouwt hij en twee zoons François Theodore (1847) en Louis François (1852), komen later in de zaak. Henricus Gerardus heeft zich al in 1844 teruggetrokken en Gerardus Bernardus zet de zaak op verschillende adressen in Amsterdam voort. In 1870 draagt hij de zaak, die inmiddels ’Stoomfabriek van en Handel in chocolaad en suikerwerken’ heet, over aan zijn zoon François. Zelf verblijft hij veel in Parijs, waar hij op 5 oktober 1882 overlijdt.
De fabriek maakt in die tijd ‘Chocolaad, dragées en conserves alimentaires’. In 1871 keert Louis François terug uit Rome, waar hij als pauselijke Zouaaf het beleg van de stad door Garibaldisten heeft meegemaakt. Hij wordt bedrijfsleider en chef fabricatie van Bensdorp. De broers komen in contact met de Amsterdamse koffie- en theehandelaar G. C. van Veen, die een stuk grond bezit aan de spoorlijn in Bussum. Zo komt Bensdorp in 1884 naar Bussum.

Expansie

Het gaat de onderneming voor de wind. In Bussum wordt begonnen met 20 werknemers, maar in 1917 zijn het er al ruim 500! Louis François wordt de nieuwe directeur in Bussum. Hij zal pas in 1924 vertrekken. In 1899 wordt Bensdorp een naamloze vennootschap onder de naam ‘Hollandse Cacao- en Chocoladefabriek v/h Bensdorp & Co’. En in 1933 wordt het tenslotte gewoon ‘Bensdorp N.V’.

En het blijft niet bij Bussum. In 1901 wordt in Kleef een cacaofabriek in bedrijf gesteld en in 1907 komt er een fabriek in Wenen. Met de opening van een geheel vernieuwde cacaofabriek in Bussum in 1906 is Bensdorp uitgegroeid tot een modern en goed geoutilleerd fabriekscomplex.

Chocolademelk werd als een liefdes-elixer beschouwd

In 1922 wordt de heer Louis Bensdorp, kleinzoon van de oprichter, in de hoofddirectie opgenomen. Onder zijn krachtige leiding wordt de basis gelegd voor verdere expansie en komen vooral de bedrijven in Duitsland en Oostenrijk tot grote bloei. Maar de crisis van de dertiger jaren, met zijn werkloosheid en algemene malaise slaat ook toe bij Bensdorp. De export brokkelt af en de binnenlandse concurrentie is moordend. Louis bedenkt dan de Bensdorpwinkel. De eerste komt in Bussum, maar na de Tweede Wereldoorlog zijn het er uiteindelijk maar liefst 130, verspreid over het hele land. 

Bensdorp en de Tweede Wereldoorlog

In de oorlog komt de productie van cacao-poeder al gauw stil te liggen. Wat nog in het land aan voorraden cacaobonen aanwezig is, wordt geconfisqueerd. Tot medio 1941 kunnen er nog chocoladeartikelen worden gefabriceerd die op de ‘bon‘ worden verkocht. Daarna vervaardigt men zo goed en zo kwaad als het gaat suikerwerkartikelen, die gemaakt worden van allerhande surrogaten. Louis Bensdorp zag in 1939 de oorlog al aankomen en heeft veertigduizend kilo spliterwten ingeslagen, daarnaast ook tien grote vaten slaolie en een grote hoeveelheid gerookte  hammen. Deze komen goed van pas in de hongerwinter.

In de Hongerwinter begint Bensdorp in de fabriek een grote gaarkeuken    

De eerste vier oorlogsjaren kan Bensdorp Bussum redelijk normaal werken. De Duitsers komen vaak langs in de fabriek maar vinden nooit wat, hoewel in de uitgebreide kelders fietsen, radio’s en levensmiddelen verstopt zijn. Louis heeft in zijn jonge jaren de handelsschool in Osnabrück gedaan, spreekt accentloos Duits en weet hij hoe je met de Duitsers moet omgaan. Dat komt hem in de oorlog goed van pas. Toch komt na september 1944 de productie stil te liggen, hoewel geen van de werknemers wordt opgepakt, ook niet voor de Arbeitseinsatz in Duitsland. In de Hongerwinter begint Bensdorp in de fabriek een grote gaarkeuken. Vanaf februari tot augustus 1945 wordt in de Bensdorp-keuken voor het Interkerkelijk Overleg ruim 230.750 liter warm eten bereid en uitgedeeld. Eerst komt er de kinderkeuken, dan de babykeuken en tenslotte de bejaardenkeuken. Bovendien wordt er ook nog gekookt voor het eigen personeel en een aantal zwaar ondervoede kinderen. De Duitsers respecteren deze hulp. In tegenstelling tot de fabrieken in Kleef en Wenen komt de Bussumse vestiging van Bensdorp betrekkelijk ongeschonden uit de oorlog. En op 3 juli 1945 arriveerden voor het eerst weer cacaobonen in Bussum. Dat is zonder twijfel aan de bezielende leiding van Louis Bensdorp te danken.


Een heuse dynastie

Bij Bensdorp thuis wordt bijna uitsluitend over de fabriek gesproken. Louis en zijn zonen vormen een heuse dynastie. In 1949 draagt Louis de leiding van de Bensdorp-fabrieken over aan zijn zoons, Louis (te Kleef), Hans (te Wenen), Brord en Joop. Zij zijn de vierde generatie Bensdorp. 

         
Reclame in het Russisch en het Frans rond 1900
 

De volgende decennia gaat het goed met Bensdorp. In 1962 neemt Bensdorp Blooker’s Cacao- en chocoladefabrieken in Amsterdam over. Maar eind jaren zestig lopen de resultaten hard terug. De binnenlandse consumenten nemen minder af en ook de export stagneert. Er komt een reorganisatie, het verkoopapparaat wordt gesaneerd en er worden medewerkers ontslagen.

Midden in deze hectische tijd treedt de vijfde generatie Bensdorp aan. Louis Bensdorp (1937), zoon van Louis W.G. Bensdorp, wordt benoemd tot directeur. Zijn belangrijkste taak is: uitzien naar een krachtige partner. Dat wordt in 1973 Unilever. Louis Bensdorp Jr. verlaat als laatste telg van de  Bensdorpdynastie in 1974 het bedrijf.
Als op 5 september 1997 de hele familie Bensdorp op bezoek is in de gloednieuwe fabriekshal, zijn er meer dan zeventig personen (kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen) aanwezig.

Bussum en de familie Bensdorp

De Bensdorps bewoonden vanaf 1901 villa Maracaibo, Graaf Wichmanlaan 12, genoemd naar de havenstad in Venezuela waar de cacaobonen voor Bensdorp vandaan kwamen. Daar werden de meeste telgen van de familie geboren en vandaar zwermden ze uit over Bussum en de rest van de wereld. Medefirmant G. C. van Veen woonde in villa Couturier (later omgedoopt in villa Goedelahoeve) aan de ’s Gravelandseweg.

   
 
 Villa Maracaibo anno 1901

Bensdorp Bussum betekende niet alleen een steeds groeiende industrie. Verschillende leden van de familie Bensdorp hebben een grote rol gespeeld in de lokale politiek en in het sociaal-culturele leven in de gemeente.
Louis Bensdorp was niet alleen de sterke man van Bensdorp, maar ook een sociaal ondernemer. Al voor de oorlog ging zijn zorg uit naar de gepensioneerden. Al in 1933 werd begonnen met de opbouw van een pensioenreserve, wat in 1939 leidde tot de oprichting van het Pensioenfonds Bensdorp. Ook daarvoor waren de Bensdorps al sociaal georiënteerd. Het befaamde kinderwetje van Van Houten (1874), de eerste Arbeidswet (1889), de Ongevallenwet (1901) en de Ziektewet (1913) werden trouw door Bensdorp nageleefd.
Louis Bensdorp was in de twintiger jaren lid van de gemeenteraad en zelfs locoburgemeester van Bussum. Voorts was hij voorzitter van het bestuur van het St. Gerardus Majella-ziekenhuis en bestuurslid van de Godelindestichting.In de rooms katholieke geloofsgemeenschap van Bussum leverde hij grote financiële bijdragen. Zo droeg hij bij aan vele gebrandschilderde ramen van de St. Vituskerk, om nog maar niet te spreken over de andere kerkschatten die hij aan de Bussumse katholieken schonk. Daarnaast was hij commissaris en president-commissaris van allerlei andere bedrijven. Als sportman (hij was onder andere ruiter, scherpschutter en bergbeklimmer) stond hij aan de wieg van de voetbalclub Allen Weerbaar en de tennisclub Het Spieghel.
Ook andere leden van de Bensdorpfamilie hebben zitting gehad in de gemeenteraad van Bussum en zich verdienstelijk gemaakt in andere Bussumse (rooms katholieke) instellingen. De komst van Bensdorp naar Bussum in 1884 is in veel opzichten een bijzonder gelukkige gebeurtenis gebleken. 

Bronnen: 

  • Bitter en Zoet, bedrijfsorgaan Bensdorp.
  • De Bussumsche Courant 
  • De Gooi en Eemlander
  • A.N.J. Fabius, Geschiedenis van Bussum, 1917
  • Bensdorp 1840-1940, gedenkboek van 100 jaar Bensdorp, in archief HKB Documentatiecentrum van de HK
  • Collectie van de auteur

 Van dezelfde auteur verscheen een artikel over de Fabriek van Bensdorp in Bussums Historisch Tijdschrift 30/1 (2014) 4-7