Skip to main content
Contactblad Historische Kring Bussum, jaargang 9, nummer 1 (april 1993), pag. 3-6

De Bussummergrindweg

G.M. Langemeijer

Klik hier voor de pdf van dit artikel

"In het voorjaar van 1857 werd door de Heeren Jhr. P.H. Six en notaris A. Perk het plan beraamd van daarstelling van eenen grindweg, voornamelijk strekkende om de Gemeente Bussum te verbinden aan de overige Gemeenten van Gooiland."

Met deze fraaie zin uit de notulen van de Commissie van de Grindwegen staan wij aan de wieg van wat men steeds is blijven noemen: de Bussummergrindweg met haar twee tollen. In dit verhaal zal blijken, dat die plannen vooral gesteund werden door de buitenplaatsenbezitters van 's-Graveland.

De eerste stappen

Alvorens dit kapitale plan te beginnen, wilde men eerst zekerheid hebben wie bereid zou zijn om het onderhoud van de weg op zich te nemen. Over geldschieters voor de aanleg had men geen zorg. Daarom vermeldt Perk hoe de weg moet gaan lopen: "Beginnende te 's-Graveland aan de straatweg bij de Noordersluis, en loopende van daar langs het zoogenaamde Luie Gat over de gemeente heide, tot den zoogenaamde Bussummerweg, of den noordoostelijke hoek van Kamphoeve van daar den weg vervolgende door het dorp Bussum en langs den zoogenaamde Huizerweg tot aan den Rijksweg van Amersfoort op Naarden met een totaal van plus minus 5385 strekkende Nederlandsche ellen."

Het zal nu duidelijk zijn, dat het hier dus niet gaat om de huidige Bussummergrindweg.

De weg langs het Luie Gat werd vanouds onderhouden door Stad en Lande van Gooiland en die bleek bereid, mits de kosten niet hoger dan f 50,-- per jaar waren, dat bedrag ook beschikbaar te stellen voor de nieuwe weg. Met die toezegging in de hand kon men de gemeenten Bussum, Naarden, 's-Graveland en Hilversum verzoeken een bijdrage toe te zeggen. De onderhoudskosten per jaar raamde men op f 275,--. Dat bedrag werd door bovengenoemde gemeenten gegarandeerd. Bussum nam zelfs f 100,-- voor haar rekening.

Hoe nu verder?

Omdat Bussum naast 's-Graveland veel belang had bij deze weg, verzocht de commissie burgemeester D.J. Vogelpoot onderhandelingen te willen openen met een wegenaannemer. Deze aannemer, J. Fuhren, kwam met het volgende plan.

Van de lengte van de weg ad 5385 ellen zou 4600 ellen begrind worden op een breedte van 3 ellen en 70 centiaren. 785 ellen bij de kom van Bussum zouden met keien bestraat worden met een breedte van 3,5 el en 75 centiaren. Kosten zonder tolhuis: f 11678,12,5. Een scherpe calculatie tot op een halve cent nauwkeurig!

De commissie kon nu de belanghebbenden een voorstel doen. In eerste instantie waren dat de bewoners van de 's-Gravelandse buitenplaatsen. Deze konden 's winters via Weesp Amsterdam nauwelijks bereiken. Hun probleem zou dus worden opgelost. Het onderhoud van de weg was verzekerd. Hen werd verzccht renteloos kapitaal beschikbaar te stellen dat zou worden afgelost uit de opbrengst van de tollen.

Dat verzoek bracht f 5.500,-- op. Daarna wendde men zich tot Hilversum (opbrengst f 1.500,--), Huizen (opbrengst f 950,--), Naarden (f 550,--), Laren (f 500,--) en Bussum (f 1.650,--). Een mooi resultaat van f 10.650,--!

Voor Bussum schreven in: Jhr. Rutgers van Rozenburg f 500,-- (de bewoner van Cruysbergen), G.Ch.A. Reimeringen f 200,--, S.H. Veer van de villa Delta f 150,--, Y. Kaarsgaren f 100,--, Bom f 100,--, Freericks (geneeskundige) f 50,--, wed. J. Majoor f 50,--, J. v.d. Brink (pastoor) f 50,-- en f 75,-- kwam gezamenlijk van de wed. Bodeman, J. Sliphorst en De Jong. Een bedrag van f 175,-- kwam van F.Krijnen, J.Post, C. Fokker, R.G. Fokker, J. Hoogen (onderwijzer), E. van Eijden en C. de Jong. Ieder droeg zijn steentje bij. Alles bij elkaar een goede start.

Dwarsliggers

Natuurlijk waren er toen ook al dwarsliggers. De provincie Utrecht wilde plotseling een grindweg aanleggen van Hilversum naar Bussum (de huidige Bussummergrindweg); kosten f 18.600,=. Verschillende Hilversumse geldschieters voor de weg vanaf 's-Graveland, zoals jonkheer P.H. Six, notaris A. Perk, A.B. Sinkel (van de bekende winkel van Sinkel), mej. C.E. van IJsseldijk (van Kamphoeve) en H.S. van de Wal1 Bake wensten voorrang te geven aan het eerste plan. Besloten werd voorlopig af te zien van het Utrechtse plan.

De Bussumse gemeenteraad kwam te elfder ure met het plan de weg langs de Bussumse haven te laten lopen en via het MMouwtje" naar de Amersfoortsestraatweg. Notaris Perk, die steeds zeer stijlvol notuleerde, schiet dan uit zijn notariële slof. Hij notuleerde: "...door de smerige en provocerende houding van de raadsleden kostte het grote moeite de oorspronkelijke richting aan te houden." Een meevaller was, dat de provincie Noord Holland in 1859 een subsidie van f 2.500,-- verstrekte.

De tollen

Er kwam een tol aan het oostelijk einde van de Huizerweg en een tol aan de huidige Franse Kampweg: de zogenoemde tol van S joenis.

In 1861 werd tolgaarder Haath bij de eerstgenoemde tol ontslagen wegens slordige en verregaand onnauwkeurige administratie. Misschien was echter zijn taak wel te moeilijk voor hem, want tolgaren (verzamelen, innen) was niet zo eenvoudig. Er waren veel regels en uitzonderingen. De regels waren vermeld op een grote kaart met het opschrift: Tarief van tolheffingen, voor het gebruik van den Bussummer Grindweg. Bij wagens die aan elkaar gekoppeld waren moest men bijvoorbeeld de wielen tellen; elk paar wielen werd dan belast met 8 cent. Een muilezel kostte 5 cent, maar een rundbeest of een ezel slechts 1,5 cent. Een bok of hond gespannen voor een voertuig met twee wielen kostte 1,5 cent, maar gespannen voor een 4-wielig voertuig 3 cent. In totaal waren er 16 voorschriften met daarop weer uitzonderingen.

Gezien de moeilijkheden met tolgaarder Haath besloot men in 1861 de tol te verplaatsen naar het westelijk einde van de Huizerweg nabij het huis van veldwachter Smeink. Deze was bereid zorg te dragen voor het innen van de tolgelden. Smeink woonde op het kadastrale nummer sectie A 204; thans genoemd De Clinge.

In 1861 stortte de heer Langerhuizen nog een bedrag van f 2.000,-- ter verdere belegging in de weg. In datzelfde jaar stelde de heer Hesfelt voor om de weg aan het Zuider Einde van Bussum tot aan de hoek bij Kamphoeve aan beide zijden af te graven, omdat de plaggenwagens de zijkanten van de grindweg vernielden.

In 1865 bracht de tol van D.W. Sjoenis f 247,08,5 op en de tol van Frans Smeink f 414,98. In 1877 bedroeg de tolopbrengst respectievelijk f 185,98 en f 569,22. Daarnaast kwam nog f 75,-- binnen via abonnementen.

Via de tolopbrengsten was in 1877 ongeveer 80% van het renteloos geleende kapitaal inmiddels afgelost; in 17 jaar dus. Tegenover het renteverlies van de kapitaalverschaffers stond het genot van een goede rijweg. De eerste kunstweg van Bussum!
Die benaming kunstweg wordt vermeld in de Staat van de kunstwegen in de gemeente Bussum d.d. 29 juni 1864. Met gepaste trots zal secretaris Gerrit Banis dit belangrijke .historische stuk hebben ondertekend en verzonden naar de Provincie Noord Holland.

De naam Bussummer-grindweg

Typisch is, dat die naam steeds in de stukken vermeld wordt, ook op de tolborden, maar de weg deze naam nooit officieel gekregen heeft. De naam gaf het tracé aan: 's-Gravelandseweg, Franse Kampweg, Voorweg, Hoogstraat (beiden nu deel uitmakend van de Brinklaan), Kattensteeg (thans Kerkstraat) en tenslotte de Huizerweg.

Let wel: 's-Gravelandseweg; in feite wordt daarmee bedoeld het zandpad van 's-Graveland op Laren via het Luie Gat. De naam 's-Gravelandseweg werd toen niet als zodanig genoemd. Later werd het: Nieuwe 's-Gravelandseweg.