Skip to main content
Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 34, nummer 3 (december 2018), pag 34-38

New Urbanism in Bussum: het project Landstraat Noord

Guusje Hent

Klik hier voor de PDF versie van dit artikel
De afbeeldingen zijn aanklikbaar voor vergroting 

      
 
Het eerste concept, met water langs de Brinklaan

Tot niet zo lang geleden werd de hoek tussen de Brinklaan en de Brediusweg, tegenover restaurant Archibald, ontsierd door een weinig appetijtelijke plak asfalt, die als enig voordeel had dat je er je auto kon parkeren. En verder vond op gezette tijden de kermis er een plek zonder al te veel overlast te veroorzaken. Minder bekend is dat op die plaats ooit de haven van Bussum was. In 1999 besloot de gemeente het terrein te ontwikkelen voor woningbouw. Daarbij moest ook het water van de voormalige haven terugkeren in ons dorp.

De haven van Bussum

De eerste haven van Bussum dateert van omstreeks 1796 en was niet veel meer dan een rondlopende zanderijsloot, die eindigde op de plek waar nu de Havenstraat ligt. Het afgraven van zand rond de Vesting Naarden was in die tijd een belangrijke bron van inkomsten voor Naarden en Bussum. Dat zand werd afgevoerd via het water. Het was bestemd voor de ophoging van de grond in Amsterdam, zodat daar gebouwd kon worden. Toen omstreeks de eeuwwisseling het eind van de afzanding in zicht kwam, werd de sloot – want meer was het eigenlijk niet – vanaf de Havenstraat tot de huidige Nieuwe Raadhuisstraat gedempt en werd het Wilhelminaplantsoen aangelegd. Tussen de Brinklaan en de Landstraat werd de vaart juist verbreed, waardoor een echte haven ontstond. Om vanaf de Brediusweg, toen nog een zandpad, het station te kunnen bereiken, werd er ter hoogte van de kruising met de Brinklaan een ophaalbrug aangelegd.

       
 
Een volgend concept, zonder gemeentehuis

In 1920 verrees aan de zuidkant van de haven de Openbare Mulo. Omdat het vervoer per water steeds minder belangrijk was geworden, werd in 1939 ook deze haven gedempt. Het terrein dat daardoor ontstond bleef echter onbebouwd, totdat daar in 1961 het nieuwe gemeentehuis werd gerealiseerd.
De mulo werd in 1984 afgebroken, om in 1991 plaats te maken voor appartementencomplex Palladio.  Het overblijvende terrein werd als parkeerplaats gebruikt en zo nu en dan als kermisterrein. In 1999 besloot de gemeente een onderzoek te starten naar de invulling van dat terrein. Daarbij was sprake van twee varianten, een met en een zonder (nieuw) gemeentehuis. In beide varianten kwam het water terug en wel direct langs de Brinklaan, met ernaast een wandelpromenade. 

New Urbanism

Het plan was om in het gebied 130 woningen te bouwen met niet meer dan 3 woonlagen. In 2000 gaven B&W het architectenbureau Krier•Kohl uit Berlijn de opdracht een advies over het plan te geven. De voorkeur ging uit naar deze architecten vanwege hun visie op het realiseren van nieuwbouw binnen een bestaande stedelijke omgeving, het zogenoemde inbreiden.

      
Rob Krier, een van de architecten
van het Plan Landstraat Noord
 

Rob Krier (1938), de ontwerper van het plan Landstraat Noord, is een Luxemburgs architect, filosoof en beeldhouwer. Hij is hoogleraar aan de Technische Universiteit in Wenen. Hij groeide op in het na-oorlogse Duitsland en zag daar nieuwbouw verrijzen die geen enkel verband had met de oorspronkelijke omgeving. Zijn filosofie is dat nieuwbouw qua schaal, materiaalgebruik en karakter moet aansluiten bij de omringende wijk. Hij laat graag elementen van vroeger terugkeren. Sinds 1993 heeft hij met Christoph Kohl een architectenbureau in Berlijn. Hun benadering heet New Urbanism (Nieuwe Stedelijkheid), een stroming die eind jaren negentig in de Verenigde Staten is ontstaan en die in de stad het dorpsgevoel wil terugbrengen door te bouwen in retro-stijlen. Gezamenlijk hebben zij veel plannen gerealiseerd in Nederland, waarvan de wijk Bredevoort in Helmond het bekendst is.

Het plan van Krier

Krier ging ervan uit dat het plan Landstraat Noord een sterk accent nodig had. Het ging tenslotte om een belangrijke entree van Bussum.Hij dacht daarbij aan een markant hoog gebouw, als een kerktoren in een dorp. De hoogte van het gebouw zou het gebied moeten markeren als de entree van Bussum. In zijn plan figureerde ook een monumentale brug naar de Lammert Majoorlaan, die de gebieden links en rechts van het water moest verbinden. De woningen moesten aansluiten op het water. De onbebouwde oppervlakten moesten openbaar zijn, met een recreatieve invulling zowel aan fiets- en looproutes langs het water als speelmogelijkheden. De combinatie van wonen, werken en openbare ruimte zou een positieve invloed op de buurt hebben.
Het advies van Krier•Kohl sprak een voorkeur uit voor het slopen van het gemeentehuis. Het water dat B&W langs de Brinklaan had bedacht, zou met promenade en al een plek moeten krijgen tussen de huizen. De promenade moest een aangename plek worden om tussen het groen te slenteren. Langs de Brinklaan waren appartementengebouwen gedacht en langs de Landstraat en het binnenwater stadsvilla’s, alles in neo-traditionalistische stijl. De supermarkt van Vomar aan de Landstraat zou worden verplaatst naar een plaats tegenover het gemeentehuis. Parkeren zou zoveel mogelijk ondergronds plaatsvinden. Op de plek van het huidige gemeentehuis moest een waterbassin komen, met rondom appartementengebouwen en op de hoek van de Landstraat en Raadhuisstraat een woontoren van maar liefst 8 verdiepingen.

      
Een derde concept, met veel groen en doorzicht vanaf de Brinklaan naar het water
   

 

Geen nieuw gemeentehuis

De gemeente startte inspraakavonden voor belangstellenden, waar veel inwoners gebruik van maakten. Er was alom waardering voor het terugkeren van het water en voor het woningbouwprogramma. Veel inwoners kozen voor de variant waarbij het weinig geliefde gemeentehuis zou worden gesloopt. De hoge woontoren daarentegen vond weinig weerklank. De winkeliers aan de Brinklaan maakten zich ongerust over het verdwijnen van parkeermogelijkheden en het verplaatsen van de supermarkt, die als trekker voor het gebied werd gezien. Ook over de plaats van de poffertjeskraam, die toen aan de Brinklaan stond, bestond ongerustheid.

In 2002 zijn de uitgangspunten voor de planontwikkeling door de gemeenteraad vastgesteld en daarbij werd besloten dat het gemeentehuis zou blijven staan. Projectontwikkelaar Planoform uit Arnhem werd uit vier verschillende projectontwikkelaars gekozen en om de bouw uit te voeren, bijgestaan door de architectenbureaus Mulleners+Mulleners uit Amsterdam en Krier•Kohl uit Berlijn. Kok en Ton Mulleners zijn in 1987 afgestudeerd aan de TU in Delft en hebben sinds 1990 een eigen architectenbureau. Net als de architecten Krier en Kohl bouwen zij in een traditionalistische stijl. Ook zij hebben in Nederland al veel projecten gerealiseerd. 

Een toeristische attractie

In 2004 werd het definitieve plan goedgekeurd met hoge poortgebouwen aan het begin, veel groen, bruggetjes en trapjes naar het water. Krier verwachtte dat de nieuwe buurt een toeristische attractie zou worden. Hij hoopte dat in een later stadium het gemeentehuis alsnog zou worden afgebroken en dat het water zou worden doorgetrokken. In 2004 begon men met de sloop van de oude panden in de Landstraat en in december van dat jaar ging de eerste bouw in vier fases van start. In fase 1 werden aan de Landstraat een supermarkt, een wijksteunpunt en 26 appartementen gerealiseerd door bureau Mulleners+Mulleners en bureau Krier•Kohl bouwde aan de Lammert Majoorlaan 7 woningen achter de supermarkt. In fase 2 volgden 20 eengezinswoningen van Krier.•Kohl aan de Korte Landstraat. De woningen bestaan uit 2 bouwlagen met puntdaken evenwijdig aan de straat en zijn individueel te onderscheiden door gevelopbouw en dakkapellen. In fase 3 werden in een samenwerking tussen beide architectenbureaus aan de Landstraat 20 stadswoningen in twee bouwlagen gerealiseerd. Deze werkwijze leidt tot een afwisselend beeld. Via een poort kan het achtergelegen binnenterrein worden bereikt.

‘Fase 4 is het hart van het plangebied, het is gesitueerd rond het binnenwater. Het stedelijke water wordt begeleid door rustieke kademuren van metselwerk en twee bruggen. Voetgangers kunnen rondom het binnenwater wandelen, roei- en kanoboten kunnen via de Brediusdam het nieuwe Binnenwater bereiken,’ aldus het definitief ontwerp. Krier•Kohl bouwde aan de westzijde stadswoningen, appartementen, een commerciële ruimte en 12 appartementen voor gehandicapten. De gevels hier hebben een meer gesloten karakter, diversiteit wordt bereikt door kleur en indeling. Architectenbureau Mulleners+Mulleners bouwde in deze fase aan de oostzijde woningen aan het water met terrassen, balkons en loggia’s. Door gebrek aan ruimte was het niet mogelijk de bomen aan de Brinklaan te behouden.

Het resultaat

Willen wij het resultaat beoordelen, dan moeten we bedenken dat maar de helft van het oorspronkelijke plan is uitgevoerd. Het gemeentehuis is immers blijven staan, het tweede waterbassin is niet aangelegd en de woontoren is niet gerealiseerd. Ook zijn er steeds meer woningen ‘ingebreid’ en is daardoor veel groen uit het plan verdwenen. De gevelwand aan de Brinklaan is veel massiever geworden dan in het plan was voorzien, zodat het water van de gracht veel minder in het zicht komt dan de bedoeling was. De geprojecteerde plantsoentjes aan de Landstraat zijn opgeofferd, onder meer om een ingang naar de parkeergarage mogelijk te maken.

      
De realiteit: een vrijwel gesloten gevelwand aan de Brinklaan
 

Er is in korte tijd een wijk gerealiseerd waarin diverse groeperingen prettig wonen. De bewoners die ik sprak, prezen de moderne huizen, dichtbij alle voorzieningen. Wel ondervinden zij overlast van het autoverkeer op de Brinklaan en de Brediusweg en aan de Landstraat wordt de rust verstoord door langslopende scholieren van het Goois Lyceum, op weg naar de supermarkt. Van de inpandige terrassen wordt zo te zien weinig gebruik gemaakt. De winkels aan de Brediusdam hebben hun klandizie zien teruglopen en enkele zijn gestopt. De bewoners van de nabijgelegen panden maken nauwelijks gebruik van de overgebleven winkels. Enkele winkelpanden zijn onlangs omgebouwd tot woonhuis.
Het elektriciteitshuisje op de hoek van de Brinklaan en de Brediusweg zorgt ervoor dat het voetpad langs het water vanaf de Brediusdam nauwelijks zichtbaar is en het wordt dan ook weinig gebruikt. Het kermisterrein is verdwenen, de poffertjeskraam heeft geen plek aan het water gekregen, er zijn geen gezellige terrasjes of bootjes aan het water. De enige winkel, behalve de supermarkt, heeft aan de kant van het water zijn ramen geblindeerd. Het wijkcentrum is alweer gesloten, het steunpunt voor ouderen heeft in het gemeentehuis een plaats gevonden. Zeker is dat het teruggekeerde water geen toeristische trekpleister is geworden. Jammer is ook dat het water zo slecht zichtbaar is, een haastige voorbijganger op de Brinklaan zal niet opmerken dat hij langs de oude haven van Bussum loopt.

Het water terug in Bussum

Was het plan iets te grootstedelijk voor het dorpse karakter van Bussum? Bussum heeft nooit een gracht gehad, laat staan grachtenhuizen. De tijd zal leren of het wijkje het aanzien van Bussum mede zal bepalen. In elk geval is de kale vlakte van het begin van dit artikel verdwenen en is het water, een beetje, teruggekeerd in Bussum. 

Bronnen

Ik heb gebruikt gemaakt van de uitvoerige verslaglegging van de gemeente Bussum, zoals ontwerpbouwplannen, bestemmingsplannen en verslagen van inspraakavonden. Ook heb ik met enkele bewoners gesproken hoe het wonen in het nieuwe plangebied hun bevalt. Zoals gewoonlijk blijkt het internet een grote hulp te zijn bij het opzoeken van gegevens.