Skip to main content

Contactblad van de Historische Kring Bussum,  jaargang 3, nummer 2 (juli 1987) pag 7-11


Zouaven uit Bussum 

Koos Ruijzendaal

Klik hier voor de PDF versie van dit artikel
De afbeeldingen zijn aanklikbaar voor vergroting 

Historisch overzicht

Misschien zijn er onder de lezers nog personen die niet weten wat zouaven zijn. Eenvoudig uitgelegd: een zouaaf is een soldaat uit het pauselijk leger uit de periode 1860 tot 1870. Om meer te begrijpen van de zouavengeschiedenis moeten we eerst teruggaan naar het Italië van rond 1850. Italië bestaat dan uit meerdere onafhankelijke staatjes en koninkrijkjes. In het midden van Italië ligt de Kerkelijke staat. De Paus is niet alleen hoofd van de katholieke kerk, maar ook staatshoofd van deze staat. Rond 1850 ontstaat er in Italië een beweging die streeft naar het tot stand komen van een verenigd Italië. Grote voorvechters van deze beweging zijn Guisseppe Garibaldi en Koning Victor Emanuel van het koninkrijkje Piemont. De in 1846 tot Paus Pius IX gekroonde kerkleider denkt er echter niet aan om ook maar een stukje van zijn land af te staan. De Paus kan rekenen op militaire steun van de Franse keizer Napoleon de Derde. In 1864 moet de Franse keizer om politieke redenen zijn steun verminderen. De Paus beseft dat hij dan niet meer is opgewassen tegen zijn tegenstrevers. De Paus doet een beroep op de katholieke jongeren van Europa om hem militair te helpen door dienst te nemen in zijn leger, de Zouaven.

Rondreizende priesters brengen de pauselijke oproep rond in Nederland. In het Brabantse Oudenbosch laat een zekere pastoor Hellemons een zouavenopvangcentrum inrichten. De vrijwilligers die toe willen treden, gaan van hieruit door naar Brussel voor een medische keuring. Worden zijn goedgekeurd, dan tekenen zij een 2-jarig dienstverband. Vanuit Brussel gaat het per trein via Parijs naar Marseille en vandaat per boot naar Rome. In totaal zijn er onder de 11.036 geregistreerde zouaven 3181 Nederlanders. Vermoedelijk zijn het er meer geweest.

Vanuit Brabant en Limburg gaan vrijwilligers op eigen houtje naar Brussel en worden dan gemakshalve als Belg geregistreerd (in ieder geval is het een opmerkelijk groot aantal). Nimmer in de geschiedenis zijn er zoveel Nederlanders in vreemde krijgsdienst gegaan, zoals tijdens de boerenoorlog, de Spaanse burgeroorlog en de Tweede Wereldoorlog, maar nimmer zoveel als bij de Zouaven.

De beroemdste Nederlandse zouaaf is ongetwijfeld Pieter Jong uit Lutjebroek geworden. Deze sneuvelt op 18 oktober 1867 nadat hij, verstoken van munitie, zijn geweer als knuppel gebruikend, veertien tegenstanders doodslaat. Dat gebeurde bij de slag bij Monte Libretti. Hun grootste zegepraal behaalden de zouaven op 3 november 1867 bij de slag bij Mentana. Daar brengen 5000 zouaven een verpletterende nederlaag toe aan 15.000 Garibaldisten. Na deze slag zijn er voorlopig niet meer gevechten geweest dan met rondtrekkende struikroversbendes. In juli 1870 worden de laatste Franse militairen teruggetrokken uit Italië. Dit betekent het einde van de kerkelijke staat. In september 1870 is de slag om Rome. De Paus begrijpt dat 5000 zouaven het niet kunnen opnemen tegen 60.000 tegenstanders. Om verder bloedvergieten te voorkomen, capituleert hij. De zouaven worden krijgsgevangen gemaakt en binnen een week op de trein gezet naar huis. In oktober 1870 keren de Nederlandse zouaven terug in hun woonplaatsen en worden als helden binnengehaald. Pas in 1929 wordt er vrede gesloten tussen de Paus en Italië. Dan ontstaat Vaticaanstad, zoals wij dat heden nog kennen.

      

 
Zouaaf door Vincent van Gogh

Over de Zouaven zelf

Om zouaaf te worden moest men in de eerst plaats katholiek zijn en een verklaring van de plaatselijke pastoor omtrent het gedrag kunnen overleggen. Ordinaire avonturiers en huurlingen werden afgewezen. De zouaaf werd gedreven door zijn geloof en de diepe overtuiging dat hij voor een rechtvaardige zaak streed. Hun strijdkreet was: "De zaak van de Paus is de zaak van God". Toch is er nog een belangrijke reden geweest om dienst te nemen; men hoopte dat men, indien men met roem overladen thuiskwam, zijn maatschappelijke en sociale status aanmerkelijk zou kunnen verbeteren.

Dit zal ook wel zo geweest zijn bij de Bussummers die zich aangemeld hebben voor dienstneming. In totaal hebben er 11 Bussummers dienst gedaan als zouaaf, wat gerust een opmerkelijk hoog aantal mag worden genoemd. Hierna volgen in alfabetische volgorde hun namen en nog wat bijzonderheden. Als er geen laatste ontslagdatum bij staat, komt dat omdat het zouavenleger na de slag om Rome ontbonden is.Z

GIJS BANIS
geboren 18-9-1848 te Bussum
zoon van Gerard Banis en Jannetje van Breemen
Banis maakte mee: de slag bij Mentana en de slag om Rome. Hij was drager van het Mentanakruis en de gouden Pius IX medaille.

ADRIANUS DIJKMAN
geboren 19-4-1840 te Bussum
zoon van Jan Dijkman en Marretje Steur
Dijkman maakte mee: de slag bij Mentana. Hij was drager van het Mentana kruis.

GERRIT FOKKER
geboren 7-3-1835 te Bussum
zoon van Rut Gerritszoon Fokker en Maria de Beer
Fokker maakte mee: de slag om Rome.

JACOBUS FOKKER
geboren 6-8-1839 te Bussum
zoon van Rut Gerritszoon Fokker en Maria de Beer
Fokker maakte mee: de slag bij Mentana. Hij was drager van het Mentana kruis en de gouden Pius IX medaille. Van hem bezit het zouavenmuseum 2 foto's, alsmede een brief die hij vanuit Rome naar Bussum heeft gestuurd.

JOHANNES HILHORST
geboren 18-7-1841 te Bussum
zoon van Petrus Hilhorst en Lamberta Ruizendaal
Hilhorst maakte mee: de slag bij Mentana en de Slag om Rome. Hij was drager van het Mentana kruis.

JAN MENSINK
geboren 27-2-1842 te Bussum
zoon van Hendrik Mensink en Johanna Ruizendaal
Mensink maakte mee: de slag bij Mentana en de Slag om Rome. Hij was drager van het Mentana kruis.

ANTHONIUS RUIJZENDAAL
geboren 14-1-1840 te Bussum
zoon van Jacobus Ruijzendaal en Marretje Kaasgaren
over deze broer van mijn betovergrootvader mocht ik al eerder schrijven in ons Contactblad jaargang 3 nr.1 (oktober 1986), pag. 17-19

JACOBUS RUISENDAAL
geboren 6-3-1841 te Bussum
zoon van Gerardus Ruisendaal en Maria Bakker

JOHANNES RUIZENDAAL
geboren 19-1-1837 te Bussum
zoon van Willem Ruizendaal en Alida de Beer
Ruizendaal maakte mee: de slag bij Mentana. Hij was drager van het Mentana kruis. Hij is op 1-7-1868 uit Oudenbosch naar Rome vertrokken. In Rome is hij het slachtoffer geworden van een cholera epidemie en daaraan in augustus 1868 te Rome overleden.

GERARD VENNEMAN
geboren 18-3-1851 te Bussum
zoon van Hendrik Venneman en Oetje Bus
Venneman maakte mee: De slag om Rome.

GIJS VILTERS
geboren 8-4-1844 te Bussum
zoon van Piet Vilters en Richarda van Eijden. 

Van de 11 zouaven zijn er dus 9 in Bussum teruggekeerd. Het zal nauwelijks verwondering wekken dat deze 11 zouaven allerlei onderlinge familiebetrekkingen hadden of het later alsnog kregen. Voorzover is nagegaan is het ze later zo vergaan:

GIJS BANIS: is op 14-11-1878 naar Driebergen/Rijsenburg vertrokken
ADRIANUS DIJKMAN: is in 1871 naar Duivendrecht vertrokken
GERRIT FOKKER: huwde 4-8-1873 te Bussum met Maria Catharina Reinders en is op 13-5-1878 naar Hilversum vertrokken.
JACOBUS FOKKER: huwde op 4-8-1874 te Bussum met Helena Jacoba Geene en is 14-12-1882 overleden te Bussum.
JOHANNES HILHORST: huwde 6-8-1873 te Bussum met Antonia Vos en is op 23-8-1898 te Bussum overleden.
JAN MENSINK: huwde Johanna Maria Evers en is op 6-4-1904 in Naarden overleden.
JACOBUS RUISENDAAL: huwde op 3-5-1882 te Bussum met Jannetje Sukel
GERARD VENNEMAN: huwde 21-9-1878 te Bussum met Elisabeth Johanna Aleida van Thienen en is op 24-9-1878 naar Kortenhoef gegaan, van hieruit naar Naarden op 21-3-1881 en daaruit naar Amsterdam op 2-12-1881.
GIJS VILTERS: is op 14-1-1889 naar Rotterdam vertrokken. In 1900 was hij daar niet meer ingeschreven.

     
H.F.A. Hal Zouaaf
 
1851-1937

Voor zover de Zouaven dachten dat zij na terugkeer in Nederland hun maatschappelijke en sociale status konden verbeteren, dan zijn zij in de meeste gevallen bedrogen uitgekomen. Zeker, hun aanzien was hoog, maar daar kon je ook vroeger al geen brood voor kopen. De zouaven werden vaak beschouwd als een soortement familieheilige. Als peetoom nummer één binnen de familie hielden zij vele kinderen ten doop. Rond de eeuwwisseling was geen processie denkbaar zonder dat er een zouaaf in zijn uniform meeliep. Als dank voor hun diensten werden zij vrijgesteld van de vastenwetten en lieten dit vaak tot ergernis en jaloezie van hun omgeving goed blijken tijdens de vastentijd.

Er zijn nog maar weinig zounaven in leven als er in 1929 vrede wordt gesloten tussen het Vaticaan en Italië. De zouaven hadden zich na terugkeer in Nederland verenigd in een zouavenbond. Deze wordt in 1946 opgeheven als de laatste oud-zouaaf overlijdt. Dat is de 95-jarige Pelxus Verbeek uit Rosmalen. Hij overlijdt op 27-9-1946, bijna 76 jaar nadat hij heeft deelgenomen aan de slag om Rome. Met hem is een eind gekomen aan een opmerkelijk stuk vaderlandse geschiedenis. 

Wat herinnert er tegenwoordig nog aan de Zouaven?

In Italië zelf staat in Rome op het Campo Verano het zouavenmonument. Her en der vindt men in de omgeving van Rome nog wel eens een zouavengraf of zoals in Velletri een gedenksteen. V.w.b. Nederland: profiterend van de vreugde die in Nederland ontstaat na de slag bij Mentana, laat pastor Hellemons in Oudenbosch een basiliek oprichten. De koepel van deze kerk is schaal 1:3 van de Koepel van de Sint Pieterskerk in Rome. De voorgevel van de kerk is gelijk aan de voorgevel van de St Jan van Lateranen. Het is voor een zo'n kleine stad als Oudenbosch een enorme kerk en heden drukt hij zwaar op de gemeentebegroting. Deze basiliek is gebouwd door architect Kuijpers, dezelfde die ook de Bussumse en Hilversumse Vituskerk gebouwd heeft. De basiliek is zo groot dat deze twee Vituskerken erin kunnen. De basiliek is zeker een bezoek waard en wie dan toch in de buurt is: even verderop is het zouavenmuseum. Dat is geopend van mei tot september op iedere dinsdag en donderdag en verder iedere eerste en derde zondag van de maand. Wie buiten deze tijd terecht wil, moet eerst even bellen 01652-3448. Verder zit er in Lutjesbroek in de kerk nog een gevelstandbeeld voor Pieter Jong. 

Voor het tot stand komen van dit artikel dank ik in de eerste plaats mevr. Gommers-Bastiaanse, beheerster van het zouavenmuseum te Oudenbosch. Verder bedank ik Nel Krijnen van Gog, die mij hielp aan de gegevens van de zouaven die uit Bussum vertrokken zijn. Ook mijn dank aan Henk van Hees van de historische Kring Eemnes die mij het boek "de vuist van de Paus" leende. Verder zou ik de lezer die nog meer aanvullende gegevens weet, vriendelijk willen verzoeken contact met mij op te nemen, zodat een zo compleet mogelijk beeld ontstaat over dit uniek stukje Bussumse geschiedenis.

Koos Ruijzendaal , Erfgooiersstraat 9 , 1222 AD HILVERSUM