Skip to main content

Loslaten

Je ziet soms op een huis de naam Linquenda staan. Dat is een verwijzing naar deze latijnse spreuk van Horatius. We leven met dingen die we weer moeten loslaten. Niets is hier blijvend. Dit leven, deze wereld, de dingen en de mensen, alles is vergankelijk en voorbijgaand. Het geeft oudere mensen soms een gevoel van weemoed als ze merken dat ze het leven los moeten laten. De dierbare herinneringen, het verleden, maar ook het heden en de mensen om hen heen, ze kunnen het niet vast houden. Als je nog niet oud bent, heb je daar vaak niet zoveel last van. Je bent nog intensief met het leven in deze wereld bezig. Soms zijn mensen zo bezig met dit leven, met bouwen en verzamelen, alsof ze helemaal geen idee hebben van de vergankelijkheid.

Mensen die hun huis Linquenda noemen hebben wel het besef dat ze eenmaal alles achter moeten laten. Voor een mens alles los kan laten moet hij veel overwinnen. De weemoed, de gehechtheid aan de dingen, de afhankelijkheid ervan, het vertrouwen erop, de trots op wat hij allemaal heeft kunnen opbouwen en verwerven, het gevoel dat het zijn bezit is, de zeggenschap erover, het gaat allemaal voorbij. We zijn hier tijdelijk en alles wat we hebben, hebben we ook tijdelijk. In bijbelse taal zeggen we, dat we rentmeesters zijn, geen eigenaar. We hebben het in bruikleen, maar we mogen ons geen bezitter noemen.
De bijbel spreekt hier een andere taal dan het kadaster en het eigendomsrecht.