Pasen
In mijn Bussumse jeugd werd de jaarindeling vooral bepaald door de christelijke feestdagen. Door mijn lidmaatschap van het kerkoor van de H. Hartkerk aan de Kamerling Onnesweg, werd elk kerkelijk feest voorafgegaan door zangoefeningen van je partij (ik was alt), om daarna met andere jongens, de sopranen, samen verder te oefenen. Tenslotte was er de uitvoering met ‘de Heren’: de volwassen mannen bestaande uit de baritons, tenoren en bassen. Dan leek het kerkkoor aaneen te groeien tot één majestueuze stem. De prachtige akoestiek en het grote koor, ook wel begeleid door het machtige orgel bespeeld door de dirigent Dhr. Maas, maakte van de kerkelijke hoogtijdagen wel iets bijzonders. Nog hoor ik het langzaam wegsterven van het geluid in het grote, diepe kerkgebouw.
Het was dan ook een schok te bemerken dat, toen ik Bussum weer eens bezocht, op de plaats van de Heilig Hartkerk een groot gat was ontstaan. De kenmerkende toren, die je vroeger ook vanaf de hei goed kon zien, was voor mij altijd een baken geweest. Ook in mijn binnenste werd als het ware een groot gat geslagen. Even deed me dat denken aan het beroemde beeldhouwwerk van Zadkine in Rotterdam. Het leek erop of onbekenden een deel van mijn jeugd hadden gestolen ! De kerk, die in mijn jeugd een pijler was geweest van rotsvast christelijk geloof en waarin ik ook verschillende van mijn zusters en ook vrienden had zien trouwen, bleek te zijn afgebroken!
Een bijzonder kerkelijk feest in mijn herinnering was Pasen. Daarin speelde de H.Hartkerk natuurlijk een belangrijke rol. Voorafgaand aan Pasen had je de Vastentijd. ’s Zondags mocht het snoeptrommeltje geopend worden, door de weeks onthield je je van die lekkernijen. Dan herinner ik mij het feest van Palmpasen. We maakten dan een palmpaasstok, bekroond met een broodhaantje, dat bij de bakkers kon worden gekocht. Versierd werd de stok verder met suikereieren en chocolade beestjes etc. Vaag kan ik me herinneren dat je er ergens in optocht met andere kinderen mee rondliep. Bediende men zich in de R.K. kerk vooral van het Latijn, in protestantse kring speelde de uitvoering van Bach’s Mattheus Passion in de Duitse taal een rol, om de echte betekenis van Pasen duidelijk te maken. De uitvoering met Pasen van ‘de Mattheus’ in de grote kerk van Naarden was ook altijd een hoogtepunt in het Gooi. Een select gezelschap van hoogwaardigheids bekleders maakt(e) daar elk jaar zijn opwachting.
In de ‘Goede week’ werden de beelden in de H. Hartkerk door de koster voorzien van een paarse bekleding. Een gebruik waarvan ik de achtergrond niet ken. Met het hoogfeest van Pasen werd de bekleding weer verwijderd. Hoogtepunt was natuurlijk het Paasfeest zèlf. Met beschilderde eieren, chocolade Paashazen, een eiermandje met kuikentjes en kip, een fraai Paaskleed en een Paasmaaltijd werd dit moment, belangrijk ook voor de Middenstand, (denk aan de nieuwe kleding etc.),uitgebreid gevierd. Een rol speelde ook uitreiking op school van het Paasrapport, kortom Pasen was een kantel-moment in het jaar. De dagen gingen weer lengen en het weer werd aangenamer.
Toch werden wij in Bussum, ook op andere momenten in het jaar, in de tuin herinnerd aan Pasen. Dat kwam omdat mijn moeder met Pasen, voor ons kinderen, chocolade eieren verstopte in de tuin. Dat gebeurde kennelijk zo goed, dat pas soms in een heel ander seizoen verstopte paaseieren werden teruggevonden. Ook al waren ze wat ‘uitgeslagen’, ze verdwenen in de gulzige kindermondjes!