Bussum in beweging
Als ik weer eens in Bussum kom , moet ik soms echt moeite doen om de straten te herkennen die ik in mijn jeugd zo goed kende. Door het toegenomen autobezit lijken de straten kleiner en smaller geworden. Aan beide zijden staan soms auto’s geparkeerd en door de aanleg van zogenaamde parkeerhavens hebben de straten ook een heel ander aanzicht gekregen. Ik herinner mij nog goed hoe stormenderhand de auto’s in onze straat oprukten. Eerst hadden nog maar enkele buren een auto. Zo bleef Dhr. de Jager, met zijn een grote, zwarte Citroën traction avant, in stijl met zijn uitvaartonderneming. De auto deed me denken aan een groot, zwart vliegend tapijt door golvende vormen van de carrosserie en de enorme grote, ronde spatborden en treeplanken.
Verderop hadden buren een kleine Fiat tweezitter, ‘de Topolino’. Voor en achterzijde waren vrijwel gelijk. Regelmatig werd ons gevraagd dit wagentje te helpen aanduwen en dan was echt wel van belang dat je aan de goede kant stond ! Weer verder hadden buren een vehikel dat deed denken aan een geamputeerd vliegtuig. Het was een cockpit op wielen met de Duitse naam, Messerschmitt. Bestuurder en passagier zaten achter elkaar en het geheel maakte een onbeholpen indruk, mede door het gepruttel, wat uit het ding naar buiten kwam.
Pruttelen en knetteren deden ook de fietsen met hulpmotor zoals de Solex en ‘het Eitje’ van Berini, een brommer met een kenmerkend klein, eivormig benzinetankje. Ook gemotoriseerde bakfietsen kwamen langs. Ze waren herkenbaar aan de kleine, knetterende JLO motor, achterop de bagagedrager en het enorme grote tandwiel in het achterwiel.
Het starten van zo’n motorbakfiets was een kunst en met bewondering stond ik te kijken naar de opstaptechniek van de berijders. Na moeizaam aanduwen sprongen zij al rijdend op het zadel, iets wat deed denken aan de serie Bonanza, waarbij stoere cowboys op een dergelijke manier hun paard bestegen. Hier ging het om een onwillig, ijzeren ros !
Hadden bakkers met hun bakfiets met grote klep het nog makkelijk, veel moeilijker was het in die tijd voor glazenwassers die op hun witte bakfiets, meerdere, lange ladders meevoerden.Vooral bij bochten werd dan veel stuurmanskunst gevraagd.
Verplaatsten invaliden zich eerst met karretjes die met de hand werden voortbewogen later zag je ook de motorisering hier toegepast. In een soort zwarte dozen met een hulpmotor reden ze voorbij.
Zelfs de melkboer kon aan deze trend niet ontkomen en de kar die eerst getrokken werd door een pony werd vervangen door een geval met een hulpmotor. Met een lange stang was het mogelijk zowel op de kar als ervoor lopend het geheel met motorkracht mee te laten bewegen.
Bussum werd in de vaart der volken opgestoten en dat ging gepaard met het verbreden van wegen en de aanleg van parkeerplaatsen. Ook de Huizerweg moest eraan geloven en de mooie beuken die de weg omkleedden, werden omgezaagd. Wellicht bestaat er nog een foto of Ansichtkaart uit die tijd, maar in een Ansichtkaart kun je niet wonen! Dynamisch Bussum is nog steeds niet af en klaar en ik zal oude straatbeelden uit mijn herinnering moeten ophalen.