Bussumse geuren, kleuren en smaken
Het beschrijven van de geur van een roos is ondoenlijk. Je moet de geur eenmaal echt hebben geroken om een beschrijving van de geur enigszins te kunnen begrijpen. Bepaalde zintuiglijke waarnemingen die ik ooit in Bussum ervoer kan ik me toch nog wel voor de geest halen. Voor wat betreft geuren herinner ik me goed de geur van chocolade die de fabriek van Bensdorp zo nu en dan over een groot deel van Bussum verspreidde. Dan staat me ook goed de geur bij van het Crailose bos rond de Museumlaan. In de herfst rook het dikke pakket van afgevallen bladeren naar een geur die doet denken aan sherry. Ook de geur van de hei was onmiskenbaar vooral als je de heidestruikjes beroerde.
Een prettige, frisse natuurlijke geur van exotisch fruit drong zich op, als je de delicatessenwinkel van Warmolts bezocht vroeger gevestigd in de Nassaulaan. Meloenen, vers citrusfruit, perziken lieten je watertanden. De lucht van vers gebakken brood bij de banketbakkerij Bultink op de Huizerweg leidde je al snel naar de bron van al dat lekkers. Een vreemde mestgeur kon je ruiken naast de Kijkgrijp op de Landstraat. Daar bestond in mijn jeugd nog een werkende boerderij !
De keus aan kerstbomen mag dan anno 2014 groter zijn dan in mijn Bussumse jeugd, de tegenwoordige bomen geven niet meer de heerlijke harsachtige dennengeur af die ik nog altijd associeer met de Kerst. Een sterk contrast in geur werd soms geleverd in Bussum door de chemische fabriek Naarden. Een vreemde en penetrante en kunstmatige, kauwgomachtige geur steeg vooral op nabij de dumpplaats van chemisch afval 'de Lepelaar' richting Muiden.
Anders waren de geuren van de weekmarkt aan de voet van de Wilhelminakerk in Bussum. Ik herinner me nog de viskraam van de kordate, in Spakenburgse dracht gestoken visverkoopster 'Hanna'.Terwijl ik als jongen toekeek hoe ze uit houtzaagsel (!) levende palingen viste en schoonmaakte door ze te villen, rook je de geur van verse en gerookte vis. Ook op die markt stond een kraam waar men pinda's en stroopwafels verkocht. Ook diè geur van versgebakken pinda's vermengd met de zoete geur van verse stroopwafels zijn in mijn neus gebonden. Mijn moeder kocht in het seizoen op de weekmarkt toen wel een 'slof ' aardbeien. Ook die heerlijke geur die opsteeg uit die spanen doos van de felrode vruchten vergeet ik niet.
Terwijl ik als jongen viste in 'het Mouwtje' rook ik de onmiskenbare lucht van het moerassig water. Paddenstoelen die je kon vinden in de herfst in de bossen en landgoederen rond Bussum hadden die typische sterke geur die je ook enigszins ruikt bij de champignons uit de supermarkt. Een heerlijke zoete lucht kon je ruiken bij de Poffertjestent van D. van der Steen in de buurt van het raadhuis.
De heerlijke, betoverende geur van rozen kwam van de Rozenkwekerij 'de Wilde', gelegen in het Spiegel aan de Prinses Irenelaan. De smaak van een verse krentenbol of een rondo die “Bussumertje” werd genoemd van bakker Bultink” Huizerweg, kan ik me nog voor de geest halen evenals de weezoete smaak van zoethout, gekocht bij de drogisterij Binnendijk op de Kamerlingh Onnesweg. Na een poos op het houtje gebeten te hebben, hield je een vezelige, smakeloze, gele kwast over.
Bussum kende verschillende cafetaria's waar je een heerlijk patatje mét kon krijgen. Als ijsliefhebber ging ik onmiddellijk door de knieën bij Jamin in de Nassaulaan of bij de ijsverkoper van Dolomiti aan de Vlietlaan of ijssalon Venezia op het einde van de Kapelstraat. de cafetaria tegenover de Vitus MULO. Tegenover de HEMA was in mijn jeugd Chinees restaurant "Azie" gevestigd, en het was dààr, dat ik voor het eerst werd getrakteerd door een van mijn zussen op een Chinese maaltijd, beginnend met Chinese kippensoep en een Loempia ! Nog steeds moet ik aan dat gedenkwaardige moment denken als ik nu thuis een loempia opensnijd.
De kleur van Bussum is in mijn herinnering vooral natuurlijk groen. De prachtige geelgroene treurwilgen in het Mouwtje, de statige rode en groene beuken langs de Huizerweg, de paarse heide bij de Randweg en de roze bloesems van de Japanse kers rond Koninginnedag zal ik nooit vergeten en vormen in mijn geest een dierbaar kleinood, dat ik naar believen steeds weer kan openen.