"Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 31 nummer 3 (december 2015), pag. 9-11
Een tevreden roker is geen onruststoker
Jan-Willem Henfling
Greetje Roks geflankeerd door haar broers Hans (links)
|
Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
De illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.
Als je twee sigarenrokende broers tegenkomt, moet het wel vredig toegaan. Dat hun zus af en toe een sigaretje opsteekt houdt ze scherp. Ik ben bij de firma Roks aan de Havenstraat. Sedert mensenheugenis, nu ja, zo lang ik mij herinner, was daar een exclusieve sigarenzaak.
De historie van de firma is al in 1996 door Ina de Beer beschreven in het Contactblad van de Historische Kring (Jaargang 12, nr. 1)*. Dat gaan we niet overdoen, want zegt Hans: “Dat heeft ze prima gedaan. We hebben niets toe te voegen. We kopieerden het artikel en gaven het mee aan onze beste klanten.” (*). In dit artikel besteden we aandacht aan de mensen achter de firma: Hans, Richard en Greetje Roks.
Tabak is een belevingsproduct, net als fijne wijn” |
Hans: “Sigaren, dat is een pracht product. Zeker als je er kennis van hebt en dat trekt weer leuke klanten. Daar doe je het ook om. Je verkoopt iets aan mensen wat ze fijn vinden. Tabak is een belevingsproduct, net als fijne wijn en daarom ben ik dit werk ook gaan doen. De school, de MULO van de broeders op de Vitusstraat, was meer een langdurige belevenis. Ik bracht er zes jaar door. Doubleerde enkele malen. Veel te speels, ik speelde in een bandje, veel sport. Mijn ouders stuurden me naar de huiswerkschool, eerst bij De Rooij en later Dohmen. Je kent ze vast ook nog wel. Toen ik eindelijk van school af kwam, was de keuze verder leren of werken. Laat me maar hier in de zaak, zei ik tegen mijn vader. Toen ik 18 werd, was hij 65. Van hem heb ik in de jaren dat we samen werkten veel geleerd. Daarnaast liep ik ook stages in fabrieken van sigaren en pijpen, zodat ik intussen bijna alles van dit vak weet. Ik heb ook veel les gegeven op hotelscholen en was voor Hajenius adviseur en vertegenwoordiger voor de Horeca.
Het irritante van het overheidsbeleid met betrekking tot tabak is dat alles onder de noemer ‘fout’ wordt gebracht. Overheidswillekeur! Het roken van sigaren en pijp is puur genieten. Als je het met plezier doet en met aandacht, dan voel je je daar prettig bij. De tabaks- cultuur is voor de meeste rokers vrij stabiel. Natuurlijk zijn veel merken van vroeger verdwenen. Denk maar aan Carl Upman, Schimmelpenninck, Staalkoning en de beroemde Uiltjes. Sommige soorten, zoals de bolknak, zie je nog zelden. Anders dan vroeger wordt nog maar weinig met de hand gemaakt, maar ook industrieel worden heel fijne sigaren gemaakt. De basis is sedert eeuwen onveranderd. Dat is goed geselecteerde tabak en een zorgvuldige melange. De indianen in Centraal Amerika rookten opgerolde tabaksbladeren en pijp om boze geesten te verdrijven, toen Columbus daar voet aan wal zette. In Europa werd het spoedig na introductie een genotsartikel. Recent werden de Cubanen en Dominicanen hier populair. Die namen de laatste twintig jaar een enorme vlucht. Net zoals vroeger vooral jenever werd gedronken, en nu meer whisky.”
Hans: “Kijk hier, dit knipseltje bewaar ik altijd in mijn portemonnee. Ik kreeg het van een klant, ik weet zijn naam niet meer. Hij had het uit de Telegraaf.” |
Richard: “Ik kwam pas veel later in de zaak. Jongens die aan onze kant van de Havenstraat woonden, gingen naar de Aloyisiusschool in de Vossiuslaan. Die hoorde bij de Koepelkerk. Onze vriendjes van de overkant gingen naar de broederschool in de Vitusstraat. Zo was dat toen verdeeld. Na de lagere school ging ik naar de Prinses Irene Ulo, want er was gee plaats op de Vitus. Ik deed ook pas examen toen ik 18 jaar oud was. Daarna de analistenopleiding, een avondopleiding, eerst in Hilversum en toen Amsterdam. Overdag werkte ik bij Tyresoles, hier in Bussum. Toen ik in Amsterdam kwam, zag ik zoveel dat me meer interesseerde, dat ik niet meer aan studeren toekwam. Ik werkte nog een jaar bij Balatum op het lab tot ik een advertentie zag van de NTS en ik was pleite! Eerst leerde ik filmtechniek en montage in de Irenestudio bij de Schoolstraat.
In die jaren ‘60 stond 85% van wat op de TV kwam op film, want direct opnemen en uitzenden was nog erg moeilijk. Ik wilde cameraman worden en deed de opleidingen in Hilversum. Ik maakte tot 1977 programma´s voor de NTS. Toen kwam ik bij de Wereldomroep, want die maakten TV- programma´s voor Suriname, de Antillen en Franstalig Afrika. Ik maakte en regisseerde het weekjournaal en programma’s over Nederland voor de Franssprekenden. Dat ging op een film in dozen die met de KLM mee gingen om diezelfde week nog vertoond te worden. In 1987 stopte de Wereldomroep met TV en werden we met zijn allen op straat gezet. Met een groep van zeven collega’s zette ik toen een productiemaatschappij op. Crear bestaat nog,maar ik doe er niets meer mee. Geleidelijk ging ik steeds meer in de winkel werken, want Hans kon mijn hulp goed gebruiken. Eerst vooral hand- en spandiensten, maar met de ervaring die ik nu heb, kan ik iedereen die binnenkomt de sigaar adviseren die bij hem past
Dokter Emmer, huisarts in Bussum voor, tijdens en tot lang na WO2, was een vaste klant. Toen er waarschuwingsstickers ook op de sigarenkisten kwamen, kreeg hij er bij de eerste gelegenheid een met de tekst: ‘Rokers sterven jonger’. “Doe mij er dan maar twee van deze” zei hij, “want ik ben net 94 geworden.” |
Oud-burgemeester Holthuizen
|
”Greetje: “In de oorlogsjaren deed ik de lagere school, dat was de Agnesschool bij de Koepelkerk. Daarna de Maria-ULO bij de zusters van Mariënburg. Vanaf de derde klas deed ik ook de handelsavondschool in het gebouw van de Irene-ULO aan het Wilhelminaplantsoen. Je weet wel, waar nu Paladio staat. Ik ging werken bij de Bussumsche Courant. Dat was bij drukkerij Märckelbach in de Baaienrokkenbuurt achter de kolenhandel van de Weduwe Van het Klooster, tussen de Landstraat en de Kapelstraat.
Toen ik 18 werd ging ik in Amsterdam werken bij parfumeriegroothandel Lindekamp op de Oude Zijds Voorburgwal. Ik kende ze van de Koepelkerk. Daarna werkte ik vijftien jaar bij de Tijd/Maasbode, totdat in 1967 mijn dochter geboren werd. Ik was in 1961 getrouwd met Alexander van der Voort, de zoon van jullie muziekleraar aan de broederschool, die met dat orgeltje over straat ging van school naar school. Vanaf 1988 kwam ik als parttimer terug in deze zaak en nu kom ik nog steeds als de jongens me nodig hebben
Hans: “We leverden natuurlijk ook de sigaren voor het gemeentehuis. Burgemeester Holthuizen was vaste klant. Hij vond het essentieel dat er altijd sigaren in zijn en de commissiekamers lagen, want, zo zei hij altijd: “Voor een goed gesprek zijn sigaren nodig. |
Hans: “We waren voor de kerst vaste leverancier van het Majellaziekenhuis. De nonnetjes daar bestelden dan altijd een kistje sigaren voor de specialisten en sigaretten voor de verpleegsters. Dat ging zo door tot ver in de jaren ’60, toen de nonnen weggingen. Andere tijden |
Cornelis (Kees) Roks, geboren in Utrecht in 1903, huwde in 1931 met Anna Maria van Noorden (Keulen, 1906). Kees werkte bij NSF (Nederlandsche Seintoestellen Fabriek) te Hilversum en bleef daar werken toen zijn vrouw aan de Havenstraat 13 te Bussum een winkelpand huurde, waar zij op 15 juli 1932 een tabakszaak opende. Een gedenkwaardige dag: haar verjaardag, maar ook de dag dat in Duitsland een meerderheid voor de Nationaal Socialisten stemde. Rectificatie
Indrukwekkend en moedig is zo’n nieuw begin als je bedenkt dat Nederland toen midden in de grootste economische crisis uit de recente historie verkeerde. In 1935 werd de huur verdubbeld en verhuisde het postkantoor van de overkant naar de Poststraat. “De loop ging er uit”, en Kees en Annie verhuisden daarom naar de winkel waar Roks nog steeds zit: Havenstraat 35. Daar werden hun 3 kinderen geboren. In de jaren ‘50 nam de jongste (Hans, 1951) de zaak over. Greetje (1937) trouwde en woonde daarna elders in Bussum en Richard (1940) maakte carrière bij radio en TV. Hans en Richard zijn boven de zaak blijven wonen. Nu vinden we ze weer samen terug in deze vertrouwde winkel met de beste adviseurs die je in het Gooi kunt vinden, als je op zoek bent naar de fijnste sigaar voor je zelf, of als cadeau.
Cornelis Roks en zijn vrouw |
(*)Contactblad Historische Kring Bussum 12 (1996) 3-7