Het Brediuskwartier in de Tweede Wereldoorlog
Chris Leenders
Militairen van de Wehrmacht bij Jan Tabak, 1944 |
Klik hier voor de PDF versie van dit artikel
De afbeeldingen zijn aanklikbaar voor vergroting
Het Brediuskwartier en omgeving – en vooral de Brediusweg zelf – hadden de twijfelachtige eer om in de Tweede Wereldoorlog als geen andere plek in het Gooi onderdak te bieden aan de Duitse bezetter. Hotel Jan Tabak vormde het middelpunt.
Uitzicht op de Zuiderzee
Het Brediuskwartier had in de jaren twintig en dertig een zeer rustig karakter. De Rijksweg was de belangrijkste verkeersader van het Gooi. Hotel Jan Tabak en hotel Bosch van Bredius lagen strategisch aan weerszijden van de weg. Jan Tabak was meer voor de handelsreizigers en de inwoners van het Gooi, terwijl hotel Bosch van Bredius toch meer het hotel was voor de beter gesitueerden, die daar konden genieten van de rustige ligging in het schoonste en bosrijkste gedeelte van het Gooi. Achter het hotel lagen de tennisbanen en de garages en van daaruit had men een prachtig uitzicht over de waterpartijen en de weilanden die zich uitstrekten tot aan de Zuiderzee (vanaf 1932 het IJsselmeer).
Brediusweg 74, Reichsbordell voor hoge officieren |
Schuilkelders en gasmasker
Toen in september 1939 de Tweede Wereldoorlog uitbrak en Nederland zijn leger mobiliseerde, schrok ook deze rustige buurt wakker. Er werd voorlichting gegeven hoe te handelen in oorlogstijd, er kwam een wijkraad, men schafte gasmaskers aan en er kwam zelfs een handgetrokken brandweerwagentje, dat bemand werd door vrijwilligers uit de buurt. Sommige bewoners lieten in hun tuin een schuilkelder bouwen of versterkten het plafond van hun kelder met betonnen palen. Op het schoolplein van de Gooische HBS kwamen schuilloopgraven en in de school kwam de lucht-beschermingsdienst.
Toch was de schok groot toen het neutrale Nederland in mei 1940 in de oorlog werd betrokken. Duitse vliegtuigen trokken over het Gooi en in de verte donderde het luchtafweergeschut. Tijdens de laatste dag en nacht voor de capitulatie waren het gerommel en de lichtflitsen van het geschut ten zuiden van het Gooi duidelijk waarneembaar. Men wilde de Vesting Naarden nog gaan verdedigen en daarom werden veel mensen geëvacueerd. Maar het was al te laat.
Duitsers in het Brediuskwartier
De capitulatie bracht in het Brediuskwartier grote verslagenheid. Men keek naar de binnentrekkende Duitse colonnes die op weg waren naar Amsterdam. Niet veel later zouden de huizen in het Brediuskwartier inkwartiering krijgen van Duitse militairen, die overigens niet lang duurde, want al spoedig vertrokken de militairen naar de diverse kazernes en villa’s in de buurt (Amersfoortsestraatweg en de Palmkazerne). In maart 1941 werd de Gooische HBS gevorderd door de Wehrmacht en in de Vossiuslaan werd het vendelhoofdkwartier van de WA, de Weermachtsafdeling van de NSB, geopend. De "heren" marcheerden in hun zwarte uniformen vaak al krijgsliederen zingend door de buurt.
Vanaf 1942 kwamen er steeds meer hoge Duitse (staf-)officieren naar het Gooi en dan vooral naar het Bussumse. Dat kwam doordat de Wehrmachtsbefehlshaber in den Niederlande, General der Flieger Christiansen, met zijn staf uit Den Haag kwam en zich in het Gooi vestigde. Zijn hoofdkwartier zat in een bunker in Hilversum, zijn verbindingsdienst zat in de Palmkazerne en zijn staf zat in een twaalftal gevorderde villa’s aan de Amersfoortsestraatweg en de Brediusweg. Het laatste jaar van de oorlog verbleef Christiansen nooit langer dan twee nachten op hetzelfde adres, bang als hij was voor een aanslag of bombardement. Hij had wel tien verschillende slaapplaatsen tot zijn beschikking. Elders op de Brediusweg was een Reichsbordell gevestigd voor officieren met de rang van kolonel en hoger. De dames kwamen uit Amsterdam en werden na gedane zaken weer keurig teruggebracht.
Brediusweg 37, het onderkomen van Pranananda Ghosh en
|
Dr. Pranananda Ghosh
Een bijzondere bewoner van de Brediusweg was dr. Pranananda Ghosh, die van 1941 tot 1944 met zijn vriendin Rudolphine Auersperg op nummer 37 woonde. Hij kwam uit Den Haag waar hij zich naar eigen zeggen had bekommerd om de rug van prins Bernhard, nadat de prins een ernstig auto-ongeluk had gehad bij Diemen. Hij noemde zich paranormaal genezer. Hij had omgang met vele hoge Duitse militairen en reisde vaak naar Duitsland, waar hij ook in de hoogste kringen vertoefde.
Het verzet verdacht hem van spionage en het verdonkeremanen van gestolen joods bezit. De feesten die hij gaf op de Brediusweg waren legendarisch: drank, drugs, mooie vrouwen en veel hoge Duitse officieren. Na zo’n avond kreeg de huishoudster van de familie, Meta Klein, van de Duitse officieren royale fooien, soms wel meer dan ƒ 85,-.
In de villa werden ook kunstveilingen gehouden, waarbij sieraden, zilver en Perzische tapijten werden verkocht, meestal gestolen joods bezit. Eind 1944 werd de relatie tussen Auersperg en Ghosh beëindigd. Zij ging naar Oostenrijk. Na de oorlog werd Ghosh door het Bureau Nationale Veiligheid en de Politieke Recherche verhoord, maar er werd uiteindelijk niets belastends gevonden. Er werd gefluisterd dat er van hogerhand druk is uitgeoefend op het onderzoek. Op 1 januari 2023 komen de dossiers van de diverse diensten vrij, misschien komen we dan meer te weten. Ghosh verdween in 1947 uit beeld en niemand heeft nadien meer iets van hem vernomen!
Soldaten van de Waffen-SS bij Jan Tabak, 1941 |
De NSB in Bussum
Tijdens de Statenverkiezingen van 1935 won de NSB veel stemmen in Bussum, vooral in de villawijken. In het stemlokaal in de Gooische HBS stemden 173 van de 876 kiezers op de NSB, zo’n 20%. Landelijk behaalde de partij toen bijna 8%. In 1937, de verkiezingen voor de Tweede Kamer, daalde dat weer naar zo’n 11%, tegen ruim 4% landelijk.
Verzet
Langzaam maar zeker werd de situatie grimmiger en daarom ontplooide vanaf 1943 het verzet ook in het Brediuskwartier activiteiten. Zo werden er vanuit het Brediuskwartier diverse radioverbindingen met Engeland onderhouden. Ook werden er veel wapens voor het verzet opgeslagen. Hotel Bosch van Bredius fungeerde merkwaardig genoeg als een soort doorgeefluik. In zijn vele diepe kelders, waar vrijwel nooit iemand kwam, konden groepen uit het verzet ongestoord hun gang gaan, waardoor de illegaliteit kon doorgaan met haar werk, zoals gestolen bonkaarten distribueren onder illegalen en onderduikers, het inzamelen van geld en het drukken van kranten en pamfletten.
Tankwal bij de Brediusweg, 1944 |
Het bittere einde
Dat er nog steeds werd gevochten, was ook voor de bewoners van het Brediuskwartier wel duidelijk, door overvliegende geallieerde luchtarmada’s en het gebulder van het Duitse luchtafweergeschut op de Bussumse heide. Toen moest de hongerwinter nog komen.
In de herfst van 1944 was er geen stroom en gas meer en ook de watervoorziening werd vaak afgesloten. Begin maart 1945 werd hotel Bosch van Bredius weer eens opgeschrikt door de aanwezigheid van Duitsers. In de omringende weilanden en bossen, waaronder het Bikbergerbos, stonden veel Duitse legervoertuigen verdekt opgesteld. Ver achter het front, dat in de buurt van Ede lag, bleek de staf van het 25ste Leger te zijn neergestreken. Ze verbleven er tot ongeveer de 11de maart. Op 21 maart werd hotel Bosch van Bredius gebombardeerd en met de grond gelijk gemaakt.
Defile van Canadese soldaten op de Brinklaan, mei 1945. |
Op 30 maart 1945 werd ook hotel Jan Tabak door een luchtbombardement getroffen. De trap in het hotel lag bezaaid met kogels uit de mitrailleurs van de vliegtuigen. Alle ramen lagen eruit, de inboedel was zwaar beschadigd. Een zogenoemde vijfhonderdponder lag in de kleine eetzaal, maar was niet ontploft, waardoor het hotel nog overeind stond. Enkele villa’s in de omgeving liepen zware averij op. Tot op de dag van vandaag kun je bij sommige villa’s de scheuren in de buiten- en binnenmuren zien!
Bronnen
- De Bussumse Courant
- De Gooi & Eemlander
- Archief HKB
- Archief auteur
Zie over de bombardementen op Hotel Bosch van Bredius en Jan Tabak het artikel van Margreet de Broekert elders in dit nummer Bussums Historisch Tijdschrift 35/1 (2019) 39-42
Zie over Bussum in de hongerwinter het artikel: Uit het dagboek van Piet Bierman I en II, in:
Bussums Historisch Tijdschrift 31/1 (2015) 5-11
en Bussums Historisch Tijdschrift 31/1 (2015) 12-17